Olivier Messiaen
Naam | Olivier Messiaen |
---|---|
Volledige naam | Messiaen, Olivier Eugène Prosper Charles |
Geboortedatum | 10 december 1908 |
Geboorteplaats | Avignon |
Overlijdensdatum | 27 mei 1992 |
Overlijdensplaats | Parijs |
Beroep | Componist |
Discipline | Muziektheater |
Trefwoorden | Opera |
Externe databases: | |
IMDb | |
VIAF |
Biografie
Olivier Messiaen (1908 – 1992) was een Frans componist, organist en pianist.
Jeugd
Zijn moeder was de dichteres Cécile Sauvage en zijn vader, leraar Engels, vertaalde Shakespeare in het Frans. Olivier Messiaen begon jong met componeren en kwam op 11-jarige leeftijd aan het conservatorium van Parijs studeren bij onder andere Marcel Dupré en Paul Dukas. In 1931 werd hij op 22-jarige leeftijd aangesteld als organist-titulair van de Église de la Sainte-Trinité te Parijs, een post die hij tot aan zijn zou dood bekleden. Hij had er de beschikking over een drie-klaviersorgel, gebouwd door Aristide Cavaillé-Coll. In 1936 was hij met onder anderen André Jolivet medeoprichter van de muziekbeweging Le Jeune France.
In 1940 werd hij bij Verdun krijgsgevangen gemaakt door de Duitsers. In zijn gevangenkamp te Görlitz schreef hij voor enkele toevallig aanwezige professionele instrumentalisten (een violist, een cellist en een klarinettist, met hemzelf als pianist) het introspectieve Quatuor pour la fin du temps , dat een van zijn meestgespeelde werken is gebleven.
Vogelzang
Messiaen was een overtuigd rooms-katholiek. Zijn grootste inspiratiebron was de schoonheid van Gods schepping en dan met name het gezang van de vogels. Hij trok regelmatig de natuur in om vogelzang te noteren. In veel van zijn composities heeft hij vogelzang verwerkt. Titels als Abîme des Oiseaux (uit het 'Quatuor pour la fin du temps') en Oiseaux exotiques spreken wat dat betreft voor zich. Hij heeft ook de zang van een groot aantal vogels getoonzet voor piano (Catalogue d'oiseaux).
Muzikale vernieuwing
Messiaen ontwikkelde een persoonlijke muzikale taal die hij uiteenzette in zijn Traité de mon langage musical. Daarin zijn vooral melodische en ritmische vernieuwingen te onderscheiden. Melodisch staan de modes à transpositions limitées (beperkt transponeerbare modi) centraal. Dat zijn toonreeksen, die zichzelf overlappen als ze minder dan een octaaf getransponeerd worden.
Op het gebied van het ritme introduceerde hij ingewikkelde structuren uit Griekenland, India en het Verre Oosten en hanteerde hij diverse eigen innovaties. Belangrijk zijn de valeur ajoutée (toegevoegde waarde) en de rhytmes non-rétrogradables. Aan elke letter van het alfabet kende hij ook een toonhoogte en lengte toe. Het geheel noemde hij zijn langage communicable.
Composities en invloed
Hij had een bijzondere voorkeur voor de Ondes-Martenot, een elektronisch muziekinstrument, een vroege vorm van de synthesizer. Jeanne Loriod, de zuster van Messiaens tweede echtgenote, pianiste Yvonne Loriod, was een van de bekendste bespelers van dit instrument.
Messiaen heeft veelvuldig gecomponeerd voor groot orkest. Eén van zijn belangrijkste werken is de Turangalîla-symfonie (1947-1949), een meditatie over de vreugde van de liefde. De naam komt uit het Sanskriet en betekent zoveel als 'liefdeslied en hymne van vreugde, tijd, beweging, ritme, leven en dood'. Het van levensvreugde overlopende, tiendelige stuk is geschreven voor een orkest uitgebreid met solopiano en ondes Martenot (die beide een aantal opvallende cadensen moeten spelen), en vereist maar liefst 8 - 11 slagwerkers.
Het oratorium La Transfiguration de Notre Seigneur Jésus-Christ (1965-1969) wordt uitgevoerd door een zeer groot gemengd koor, zo'n 100 zangers, met zeven instrumentele solisten en een orkest van meer dan honderd man.
Nog omvangrijker was de enige opera die Messiaen geschreven heeft (1975-1983), Saint-François d'Assise, die door negen solisten wordt uitgevoerd, begeleid door een honderdkoppig koor en een zeer groot orkest, met als ongewone elementen drie piccolo's, een basklarinet, contrabasklarinet en contrabasfagot, contrabastuba, en drie Ondes Martenot; de rijk van gevarieerde instrumenten voorziene slagwerksectie bestaat uit vijf spelers. De opera behandelt het leven van Franciscus van Assisi na diens bekering. In de structuur zijn twee belangrijke elementen te herkennen: het door Richard Wagner geïntroduceerde Leitmotiv en anderzijds de vogelzang, altijd prominent bij Messiaen aanwezig.
In 1942 werd Messiaen benoemd tot docent compositie aan het Conservatoire National Supérieur de Paris, waar hij meer dan veertig jaar les gaf. Hij was een geliefd docent die in zijn muziekanalyseklas studenten uit vele landen onderwees. Zo behoorden bijvoorbeeld Pierre Boulez, Yannis Xenakis, Karlheinz Stockhausen, George Benjamin, Kent Nagano, Toru Takemitsu en Ton de Leeuw tot zijn leerlingen. In 1971 werd aan Messiaen de Erasmusprijs uitgereikt. Hij was commandeur van het Légion d'Honneur.
Theater CV
Olivier Messiaen heeft bijgedragen aan 28 productie(s).
Olivier Messiaen heeft gewerkt in de volgende functies:
- Auteur (schrijver libretto, scenario) - Zie lijst (A-Z) of lijst (datum)
- Muziek - Zie lijst (A-Z) of lijst (datum)
Het gehele overzicht van voorstellingen waaraan Olivier Messiaen heeft meegewerkt, voor zover geregistreerd in de Theaterencyclopedie:
NB: Bij de carrièreoverzichten zijn de voorstellingen gekoppeld aan de premièredatum. Het kan echter voorkomen dat personen niet aan de première meewerkten, maar pas later bij de voorstelling betrokken raakten.
Olivier Messiaen-herdenking 2008
In het kader van zijn honderdste geboortejaar is in 2008 ook in Nederland veel muziek van Messiaen uitgevoerd. In juni van dat jaar waren er in het Amsterdamse Muziektheater opvoeringen van de vijf uur durende opera Saint François d'Assise en in het Concertgebouw van de Turangalîla-symfonie.
Oeuvrelijst
onuitgegeven: omvat ook vernietigde en verloren werken
Orkestwerken
- Le Banquet eucharistique (1927-1928; onuitgegeven)
- Fugue in d (1928; onuitgegeven)
- Simple chant d'une âme (1930)
- Les Offrandes oubliées (1930)
- Le Tombeau resplendissant (1930)
- Hymne (Hymne au Saint-Sacrement)(1932)
- L'Ascension (1932-1933)
- Poèmes pour Mi, voor sopraan en orkest (1937; zie ook 'zang')
- Chants des déportés, voor koor en orkest (1945)
- Turangalîla-symfonie (1946-1948)
- Trois petites liturgies de la Présence Divine, voor vrouwenkoor en orkest (1943-1944)
- Réveil des oiseaux, voor piano en orkest (1952-1953)
- Oiseaux exotiques, voor piano en orkest (1956-1958)
- Chronochromie (1959-1960)
- Sept Haï-kaï, voor piano en orkest (1962)
- Couleurs de la Cité céleste, voor piano en orkest (1963)
- Et expecto resurrectionem mortuorum (1964)
- La ville d'en haut
- La Transfiguration de Notre-Seigneur Jésus-Christ, voor 7 instrumentale solisten, koren en orkest (1965-1969)
- Des Canyons aux étoiles..., voor piano en orkest (1971-1974)
- Un Vitrail et des oiseaux, voor piano en orkest (1987)
- La Ville d'En-Haut, voor piano en orkest (1987)
- Éclairs sur L'Au-delà... (1987-1991)
- Un sourire (1989)
- Concert à quatre, voor solisten en orkest (1990-1991; onvoltooid maar gecompleteerd door Yvonne Loriod)
Orgelmuziek
- Esquisse modale (1927; onuitgegeven)
- Variations écossaises (1928; onuitgegeven)
- Le banquet céleste (1928)
- L'Hôte aimable des âmes (1928; onuitgegeven)
- Offrande au Saint Sacremenent (1928-1930)
- Prélude (1929)
- Apparition de l'église éternelle (1932)
- Diptyque (1930)
- L'Ascension (1933-1934; transcriptie van het orkestwerk, met uitzondering van het derde deel, waarvoor een nieuw stuk is gecomponeerd)
- La Nativité de Seigneur (1935)
- Les Corps glorieux (1939)
- Messe de la Pentecôte (1949-1950)
- Livre d'Orgue (1951)
- Verset pour la fête de la Dédicace (1960)
- Monodie (1963)
- Méditations sur le Mystère de la Sainte Trinité (1969-1972)
- Livre du Saint Sacrement (1984-1985)
Pianowerken
- La Dame de Shalott (1917; onuitgegeven)
- Huit Préludes (1928-1929)
- La Tristesse d'un grand ciel blanc (1925; onuitgegeven)
- Fantaisie burlesque (1932)
- Pièce pour le Tombeau de Paul Dukas (1935)
- Rondeau (1943)
- Visions de l'Amen, voor twee piano's (1943)
- Vingt Regards sur l'Enfant Jésus (1944)
- Cantéyodjâya (1949)
- Quartre études de rhythme (1949):
- Île de Feu I et II
- Neumes rythmiques
- Mode de valeurs et d'intensités
- Catalogue des oiseaux (1959-1958)
- Prelude (1964)
- La Fauvette des jardins (1970)
- Petites Esquisses d'oiseaux (1985)
- Quatre feuillets inédits, voor ondes Martenot en piano (niet gedateerd)
Kamermuziek
- Thème et Variations, voor viool en piano (1932)
- Fantaisie, voor viool en piano (1933)
- Fêtes des belles Eaux, voor 6 ondes Martenot (1937)
- Deux Monodies en quart de ton, voor ondes Martenot (1938; onuitgegeven)
- Quatuor pour la fin du temps, voor viool, klarinet, cello en piano (1940-1941)
- Musique de scène pour un Œdipe, voor ondes Martenot (1942; onuitgegeven)
- Le merle noir, voor fluit en piano (1951)
- Pièce, voor piano en strijkkwartet (1991)
Zang
- Deux Ballades de Villon, voor zang en piano (1921; onuitgegeven)
- Trois mélodies, voor zang en piano (1930)
- La Mort du nombre, voor 2 stemmen, viool en piano (1930)
- Vocalise, voor zang en piano (1935)
- Poèmes pour Mi, liederen voor sopraan en piano (1936; zie ook orkestwerken)
- Chants de terre et ciel, voor sopraan en piano (1938)
- Harawi, voor sopraan en piano (1945)
Koorwerken
- Messe voor 8 sopranen en 4 violen (1933; onuitgegeven)
- O Sacrum Convivium voor koor a cappella (1937)
- Chœurs pour une Jeanne d'Arc, voor gemengd koor (1942; onuitgegeven)
- Cinq Rechants, voor 12 gemengde stemmen a cappella (1948-1949)
Opera
- Saint François d'Assise (1975-1983)
Muziektheoretische werken
- Techniques de mon langage musical, 2 delen, Leduc, Paris, 1944.
- Les 22 concertos pour piano de Mozart, 1 deel, Séguier, Paris, 1990.
- Traité de rythme, de couleur et d’ornithologie (1949-1992), 7 delen, Leduc, Paris.
Literatuur
- Halbreich, Harry (2008), L'Oeuvre d'Olivier Messiaen, Parijs, Fayard
- Hill, Peter en Nigel Simeone (2005), Messiaen, New Haven en Londen, Yale University Press
- Howard L. Quilling: An Analysis of Olivier Messiaen's "Couleurs de la cite celeste", Thesis (Ph.D.) University of California, Santa Barbara, 1984. 40 p.
Bronnen