Hélène Berthé
Naam | Hélène Berthé |
---|---|
Volledige naam | Hélène Roelofsen |
Geboortedatum | 16 mei 1904 |
Geboorteplaats | 's-Gravenhage |
Overlijdensdatum | 3 mei 1997 |
Overlijdensplaats | 's-Gravenhage |
Beroep | Acteur |
Discipline | Toneel |
Externe databases: | |
IMDb |
Biografie
Hélène Berthé werd geboren als eerste en enige kind van Hendrik Willem Carel Roelofsen (geb. 1877) en Wijnanda Catharina Christina Zevenboom (geb. 1878).
Eind 1929 begint Hélène’s Nederlandse toneelloopbaan wat aarzelend bij het Gezelschap Charles Braakensiek, bij wie zij o.a. optreedt in Suikerfreule (Stadsschouwburg Leiden; 17-11-1929; Leidsch Dagblad 13-11-1929). Zij staat dan als Helène Berté in de krant. Twee weken later maakt Het Vaderland gewag van Hélène Berthé als lid van datzelfde Gezelschap Braakensiek. In de rolverdelingen voor De Big van het 168e, De kleine Lord en Dolle Hans wordt Hèlène niet genoemd, maar op 8 januari 1930 is het raak. Alleen staan nu zowel haar meisjesnaam H. Roelofsen als haar artiestennaam Hélène Berthé in de krant.
Dat had vast te maken met het stuk waarin ze mee zou spelen: De Twee Weezen, ‘un drame à grand spectacle’ waarin het hele gezelschap aan de bak moest, ‘bijgestaan door andere artiesten en figuratie’ (Vaderland; 08-01-1930). Misschien was zij een van die tijdelijke krachten, want we komen haar naam bij Braakensiek in het seizoen ’29-’30 verder niet tegen.
De naam ‘Berthé’
Hélène Roelofsen heeft in ’29 de artiestennaam Hélène Berthé voor het eerst gebruikt. Die naam had ze niet uit haar duim gezogen: het was de meisjesnaam van haar grootmoeder van moeder’s kant, Helena Berthé, naar wie zij vernoemd was. (zie de trouwakte van Hendrik Roelofsen en Wijnanda Zevenboom en Hélène’s geboorteakte). In de advertentie ter kennisgeving van het huwelijk met Anton Roemer heet ze Hélène Berthé Roelofsen en in de advertentie bij Anton’s overlijden is het zelfs Hélène Roemer - Berthé Roelofsen geworden.
Het verhaal gaat dat Hélène Berthé, terwijl ze op het punt stond om naar Indië te vertrekken, van Cor van der Lugt Melsert een contract aangeboden kreeg, dat ze accepteerde. We weten niet op welk moment dat geweest is, maar in het Vaderland van 19-06-1930 wordt een L. Roelofsen genoemd in het rijtje toneelspeelsters dat voor het komende seizoen is geëngageerd. We gaan er van uit dat Hélène Roelofsen (Lena?) in het seizoen ’30-’31 haar intrede doet bij het N.V. Vereenigd Rotterdamsch-Hofstad Tooneel.
In veel kranten ziet men verhaspelingen en type- of zetfouten bij de namen van nieuwe toneelspelers en –speelsters. Zo komen we bijvoorbeeld ook Enny en Mary Dunselman tegen, terwijl het over Enny Heijmans-Snyders, Mary Dresselhuys en Willy Dunselman gaat.
In november 1930 doet zij in elk geval mee in De laatste liefde van Ossip Dymow. Het stuk gaat op 21 november in première (Vaderland; 22-11-1930). Het is de voorstelling waarmee Louis van Gasteren zijn 25-jarig toneel-jubileum viert. Mies van den Haak en Hélène ‘vervulden goed haar rolletjes van kamermeisje en verpleegster’ (F.L. in Het Vaderland; 22-11-1930)
In het seizoen ’30-’31 blijft Hélène Berthé grotendeels op de achtergrond (en Hélène Roelofsen ook). Ze wordt in elk geval in de kranten niet genoemd. De concurrentie binnen het gezelschap is dan ook aanzienlijk. Het VRHT ritselt van de kittige types: Mary Dresselhuys, Willy Dunselman, Carla de Raet, Mies van den Haak, Henny van Merle, Mies Versteeg. Om nog maar te zwijgen van Sinny Hammé, Annie Brugman, Joekie Broedelet en Lucie Muzerie. Toch zit het Hélène in dit seizoen niet mee. Zelfs de schimmige Lydia Eindhoven mag een keer meedoen...
Pas op 15 juni 1931, wanneer de krant Voorwaarts als eerste de plannen van het VRHT voor het nieuwe seizoen ontvouwt, zien we haar weer in de krant terug. Het mag dan zo zijn dat Mary Dresselhuys, Carla de Raet en Juliette Roos het gezelschap zullen verlaten, er blijven nog minstens 18 dames aan het VRHT verbonden.
Hélène moet geduld hebben tot maandag 12 oktober. Op die dag speelt het VRHT de Nederlandse première van het toneelstuk De Blauwe Trein (Côte d’Azur) van Birabeau en Dolley in de Koninklijke Schouwburg in Den Haag. In dit eerste ‘echte’ seizoen speelt ze verder nog in Pariser Platz 13 van Vicky Baum (december – januari)
Theater CV
Hélène Berthé heeft bijgedragen aan 66 productie(s).
Hélène Berthé heeft gewerkt in de volgende functies:
- BeeldtAf - Zie lijst (A-Z) of lijst (datum)
- Uitvoerende - Zie lijst (A-Z) of lijst (datum)
- Persoon - Zie lijst (A-Z) of lijst (datum)
Het gehele overzicht van voorstellingen waaraan Hélène Berthé heeft meegewerkt, voor zover geregistreerd in de Theaterencyclopedie:
NB: Bij de carrièreoverzichten zijn de voorstellingen gekoppeld aan de premièredatum. Het kan echter voorkomen dat personen niet aan de première meewerkten, maar pas later bij de voorstelling betrokken raakten.
Hélène en Cor van der Lugt 1937-1944
In de anecdote over Cor van der Lugt die met een contract zwaaiend de loopplank oprent om Hélène van haar voorgenomen vertrek naar Indië af te brengen, wordt ook vermeld dat zij vervolgens tien jaar bij hem is blijven werken. Het Vereenigd Rotterdamsch-Hofstad Tooneel is na het seizoen ’37-’38 doorgegaan als NV Het Nederlandsch Tooneel, eveneens onder leiding van Cor van der Lugt Melsert. Dit gezelschap heeft gefunctioneerd tot en met december 1941. De roerende zaken (inclusief een deel van het personeel) van het Nederlandsch Tooneel zijn per 1 januari 1942 opgegaan, c.q. opgenomen in de organisatie die luisterde naar de naam Gemeentelijk Theaterbedrijf Amsterdam, afdeling Tooneel. Cor van der Lugt was ook van deze club langere tijd de baas.
Tien jaar is een mooi rond getal, maar het is in dit geval enkel een zegswijze. Hélène Berthé en Cor van der Lugt hebben een artistieke en zakelijke band onderhouden die, uitgaande van een begin in ’30-’31, feitelijk veertien seizoenen heeft standgehouden. Zij heeft, met Anton Roemer aan haar zijde en geregisseerd door Cor van der Lugt, in april 1944 voor het laatst voor het GTA gespeeld, in De Infanten van Forster in de Stadsschouwburg in Amsterdam (De Courant – Het Nieuws van den Dag; 11-04-1944).
Residentie Tooneel
In seizoen 1947/1948 speelde zij nog enkele rollen bij het Residentie Tooneel.
Foto: V.l.n.r. Hélène Berthé, Lily Bouwmeester en Richard Flink in Pygmalion (g.B. Shaw), N.V. Het Residentie Tooneel, 1946/1947. Foto: Particam Pictures/MAI.
Archiefonderzoek Hélène Berthé
In april 1936 werd in Rotterdam Hélène’s dochter Georgina geboren. Zij werd op de Haagse gezinskaart van Hendrik Willem Carel Roelofsen als zijn kleindochter bijgeschreven. Op Georgina’s eigen kaart staat aangetekend: ‘kind v. Hélène ‘04’. De ambtenaar die de kaart aanmaakte heeft als voornaam 'Georgine' ingevuld en voortaan staat zij ambtelijk als zodanig geregistreerd
In september 1938 verhuisde Hélène Roelofsen van Den Haag naar Amsterdam. Op de woningkaarten van de drie adressen waar zij heeft gewoond (Van Breestraat, de Willemsparkweg en Johannes Verhulststraat), staat steevast aangetekend dat het om één (vrouwelijke) bewoner gaat: zijzelf. Haar vader Hendrik Roelofsen en zijn vrouw zijn in juli 1939 van Den Haag naar Naarden verhuisd, mét Georgina.
Op 17 of 18 augustus 1948 is Hélène Roelofsen getrouwd met (Anthonie Gerardus Joseph) Anton Roemer, geboren op 27 september 1887 te Amsterdam. Dat huwelijk werd waarschijnlijk in Den Haag gesloten, waar het paar sinds juli 1946 samenwoonde op de Adriaan Pauwstraat nr 23 - I. Roemer was eerder getrouwd geweest met Hendrina Maria van der Veur (geb. 1882) en in de zomer van 1948 was het huwelijk, dat dateerde uit 1916, door scheiding beëindigd.
In mei 1950 wordt Georgine's achternaam Roelofsen in het bevolkingsregister gewijzigd in Roemer. Dat betekent dat Anton haar als zijn dochter heeft erkend.
Op 21 februari 1951 overleed Anton Roemer op 63-jarige leeftijd.
(Groot-)Vader en (groot-)moeder Roelofsen zijn in 1953 met Georgine teruggegaan naar Den Haag. Hendrik is daar op 31 augustus 1961 overleden, zijn vrouw Wijnanda leefde op dat moment nog. Georgine is in mei '63 getrouwd met L. Th. J. Meijs en in maart 1971 overleden.
Hélène is 92 geworden en op 3 mei 1997 overleden. Anton en zij liggen samen op de begraafplaats Oud Eik en Duinen in Den Haag, elk onder een eigen steen.
- Bron: Digitale Stamboom Den Haag (gezinskaarten Hendrik Willem Carel Roelofsen, resp. Georgine Roelofsen); Gemeentearchief Amsterdam, woningkaarten; Bussumsche Courant van 15-07-1939 (‘Ingekomen’); Centraal Bureau Genealogie; Gemeentearchief Amsterdam, persoonskaarten A.G.J. Roemer, resp. H. Roelofsen; Bevolkingsregister gemeente Den Haag (Virtuele Studiezaal)
Bronnen
- Productiedatabase
- Acteurs- en Kleinkunstenaars-Lexicon van Piet Hein Honig, 1984