Joop van den Ende: Biografie - Een professionele start

Uit TheaterEncyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken

Logo eenlevenlangtheater2.jpg

Portret Joop van den Ende. Herkomst: privécollectie.

Eenlevenlangtheater Joop van den Ende:

Een professionele start

De jonge Joop van den Ende deed er alles aan om zijn wens om artiest te worden tot uiting te brengen. Hij nam zang-, spraak-, dans- en mime-lessen en in zijn tienerjaren combineerde hij zijn werk als leerling decorbouwer bij De Nederlandse Opera met optredens bij het Amsterdams Jongerentoneel en later met een eigen cabaretgroepje. Na zijn diensttijd hakte hij de knoop door en werd officieel artiest. Hij was twintig toen hij trouwde en ook direct een gezin vormde omdat zijn vrouw An al een zoontje had, Fred. Aangezien het artiestenbestaan nogal wat onzekerheid met zich meebracht, combineerde hij zijn optredens al snel met andere zaken.

"Goed, ik was dus getrouwd en moest de kost verdienen. Probeerde het in assurantiën, maar dat liep toch niet erg." Met een grote leren jas reed hij op een bromfiets door de stad en belde bij mensen aan. "Ik schaamde me, want ik trad toen op als conférencier, voelde me artiest." (Vrij Nederland, 24 december 1988) "Gelukkig hadden we een paar feestwinkels gekocht die mijn vrouw beheerde. Zaken vol vrolijkheid, feestmutsen, toeters en serpentine. Ze liepen goed. We hebben ze later goed kunnen verkopen, toen we geld nodig hadden voor theaterprodukties. Want langzaam maar zeker kwam ik toch in die wereld terecht. Het begon met Batman. Om die razend populaire figuur heen bouwde ik een showtje. Reed ermee door het hele land en deed alles zelf. Het was echt een éénmansshow. Een mooie tijd, als er ik er aan terugdenk. Ik werd er niet rijk van, maar het sloeg toch goed aan en ik leerde mensen kennen als Ted de Braak en Imca Marina. Er kwam een beetje schot in de zaak. Overal in het land organiseerde ik beurzen, verzorgde de opening van de IJtunnel, dat soort dingen. Natuurlijk moest ik ook de nodige stroppen incasseren, maar dat is niet erg, dat is leergeld." (Televizier, 3 december 1983)

In die tijd realiseerde hij zich ook dat hij niet de talenten had om als uitvoerend artiest de echte top te bereiken. Binnen de organisatorische kant van het artiestenvak schatte hij zijn kansen hoger in, hij haalde tenslotte altijd de meeste schnabbels binnen. Onder de naam Spotlight begon Van den Ende zijn eigen boekingsbureau. "Ik had ontdekt, dat ik wel kon organiseren. Ik had gauw de leiding als we iets ondernamen, vroeger al met vrienden. Hoe je dat merkt, nou ja, wie bepaalt op een gegeven moment of er naar de bioscoop of naar voetbal gegaan wordt? Daar ga ik niet prat op, dat zit erin of dat zit er niet in. Bij vriendenclubs zie je dat altijd, dat er één de leiding neemt. Dat theaterbureautje is van lieverlee gegroeid en groter geworden." (Onbekende krant, 24 december 1977)

Via het boekingsbureautje verzorgde hij optredens voor André Carrell (de vader van Rudi), Anneke Grönloh, lmca Marina en Ria Valk. Zijn bureau stond in een hoek van de huiskamer, hij had briefpapier laten drukken, en zette zijn meest zakelijke stem op aan de telefoon. "U spreekt met Theaterbureau Spotlight." (Vrij Nederland, 24 december 1988)

Joop van den Ende achter het bureau van zijn eerste impresariaat Spotlight. Foto: onbekend. Herkomst: Privécollectie.

In 1968 kostte het organiseren van de feestelijke opening van de IJ-tunnel Joop van den Ende bijna de kop. Hij huurde artiesten in voor optredens, maar het betalende publiek bleef massaal weg. Het verlies was 70.000 gulden groot. Van den Ende kon niet lang daarna de theaterrechten kopen van de succesvolle televisieserie De Fabeltjeskrant. Het geld dat hij met deze tournee verdiende maakte het debacle van de IJ-tunnel-feesten wat draaglijker. Ook in artistiek opzicht was De Fabeltjeskrant belangrijk voor Van den Ende. Het bracht hem in contact met Frans van Dusschoten en dit leidde weer tot Van den Endes eerste theaterproductie, de revue 'n Lach in de ruimte.

Joop van den Ende: "De eerste revue kwam voort uit de schnabbeltour die ik had rondom de succesvolle televisieserie De Fabeltjeskrant. Maar ik wilde meer, en het liefst een revue, waar ik als kind al zo dol op was. Als grote naam kon ik Frans van Dusschoten krijgen, die in De Fabeltjeskrant Meneer de Uil speelde. Via het schnabbelcircuit kende ik André van Duin, die de talentenjacht Nieuwe oogst van de AVRO gewonnen had met een bandparodie. Het was een gok om hem aan te trekken voor de revue, want André van Duin had nog nooit een woord gesproken op het toneel. Hij had alleen die act met de bandrecorder. Ook voor Van Duin was de revue een risico, omdat hij met zijn schnabbels veel verdiende. Door die te laten schieten ging hij zeker een kwart terug in inkomsten. Met die eerste revue stonden we vijf keer in een schouwburg en 195 keer op een feestavond. Een theatertournee was het dus nauwelijks te noemen, maar er was een begin." (Koopman in illusies, Hilde Scholten, Theater Instituut Nederland 2000)

Joop van den Ende met links Robin de Levita en Janine van den Ende. Foto: onbekend

'n Lach in de ruimte was - anders dan de naam revue doet vermoeden - kleinschalig van opzet. Het kende geen ballet en ook adembenemende decors en kostuums ontbraken. Met deze show, die een groot publiekssucces werd, maakten Van Duin en Van den Ende een begin met een reeks eigen revue-programma's, waarmee Van Duin, op volstrekt eigen wijze, de traditie van de Snip en Snap-revue's uit de voorgaande decennia zeer succesvol voortzette. De show bestond uit een variétéduo, een leading lady, een tweede komiek en de ster. En die ster heette Frans van Dusschoten. André van Duin stond pas als derde vermeld op de lijst met medewerkers, na Van Dusschoten en Ria Valk. De populariteit van Van Duin steeg echter zo snel dat de volgende producties zijn naam meekregen en opgezet werden rondom zijn persoon. Frans van Dusschoten werd in de revue de vaste aangever van André van Duin. De rol van leading lady was lange tijd weggelegd voor Corrie van Gorp, maar ook Conny Vink, Carry Tefsen, Willeke Alberti, Simone Kleinsma en Marjolein Sligte werkten in deze hoedanigheid mee. Het ballet kreeg een vast aandeel in de producties en er was af en toe ruimte voor een extra gast, zoals Donald Jones, Hans Otjes of Hans Klok. De producties kenden de vaste revueformule: liedje, dansje, sketchje, en werden daarnaast aangepast aan de talenten en specialiteiten van de verschillende medewerkers. Voor Simone Kleinsma werd bijvoorbeeld een musicalblok ingebouwd en Corrie van Gorp kreeg alle ruimte om te excelleren in de shownummers en de sketches.

René Sleeswijk jr., die samen met Piet Bambergen optrad als het duo De Mounties, speelde een belangrijke rol bij de totstandkoming van de André van Duin Revues. De zoon van de theaterproducent Sleeswijk was samen met Joop van den Ende en André van Duin verantwoordelijk voor de artistieke invulling van de programma's. Ze deden inspiratie op bij buitenlandse shows of films van Laurel & Hardy en putten rijkelijk uit de verzameling humor- boeken van de jonge Sleeswijk. De productionele leiding van de revue was jarenlang in handen van Robin de Levita en Janine Klijberg, die later Joop van den Endes tweede vrouw werd. Ze trouwen in september 1988 en krijgen twee kinderen: hun dochter Iris wordt in september 1989 geboren, hun zoon Vincent in oktober 1992.

De niet-geciteerde teksten zijn grotendeels afkomstig uit 'Koopman in illusies - 30 jaar Joop van den Ende Theaterproducties' van Hilde Scholten (Theater Instituut Nederland 2000)