Mira Rafalowicz
Naam | Mira Rafalowicz |
---|---|
Geboortedatum | 11 augustus 1941 |
Geboorteplaats | Amsterdam |
Overlijdensdatum | 27 september 1998 |
Beroep | Dramaturg |
Discipline | Toneel |
Externe databases: | |
VIAF |
Biografie
Ze werd geboren op 11 augustus 1941 in Amsterdam als dochter van twee Poolse ouders die in de jaren twintig naar Nederland waren geëmigreerd. In het gezin werd, behalve Nederlands, veel Jiddisch gesproken. Hoewel de familie niet religieus was, hechtte ze wel waarde aan haar Joodse afkomst en culturele achtergrond.
Haar liefde voor theater begon al jong door haar moeder, Esther Rafalowicz-Parzenczewska, die een Jiddische actrice en voordrachtkunstenares was. Ze ging al vroeg naar het toneel en wist altijd al dat ze dramaturge wilde zijn, al wist ze niet waarom.
Rafalowicz studeerde geschiedenis en Engels in Israël en Jiddische literatuur in New York. Daar ontmoette zij Joe Chaikin, regisseur bij The Open Theatre. Ze werkten als collectief zonder vaste schrijver en creëerden voorstellingen door middel van eigen (verzamelde) teksten en improvisaties. Vanaf de jaren zestig bracht ze negen maanden per jaar door in New York, waar ze twintig jaar lang als dramaturg samenwerkte met Chaikin.
Mira werkt vooral mee aan experimentele stukken, conventioneel theater interesseerde haar weinig. In Nederland werkte ze veel met Gerard Jan Rijnders aan montagestukken voor Toneelgroep Amsterdam. Ook werkte ze nauw samen met Judith Herzberg die ook Joods is. Rafalowicz vertaalde en bewerkte met Herzberg voor Toneelgroep Baal het Jiddische stuk Dybbuk van An-Ski naar het Nederlands. Ze heeft in totaal nog drie andere vertalingen/bewerkingen gemaakt van dit stuk. De eerste keer was in de jaren zeventig. Ze vertaalde het stuk voor het eerst met Chaikin samen naar het Engels. Later bewerkte ze deze voor een productie in Israël en in 1992 voor de Royal Shakespeare Company. Daarentegen nam ze ook lange tijd afstand van de Jiddische cultuur, omdat er te veel verdriet in zat. Naar eigen zeggen: ‘Er loopt een verdriet-makende lijn in de Jiddische cultuur, van het steeds worden afgekapt.’
Werkwijze
Rafalowicz bestempelde zichzelf niet als een schrijvende, maar een pratende dramaturg. Ze vertelt in meerdere bijdrages in vakbladen over hoe ze als dramaturge te werk ging. Ze wil graag in gesprek gaan en vragen stellen aan de regisseur, de acteurs en iedereen die betrokken is bij de voorstelling. Ze noemt het zelf ‘kroegen- en keukendramaturgie’. Rafalowicz is het liefst vanaf het begin bij elke repetitie en later ook bij elke voorstelling aanwezig.
Ze verdeelt het maakproces in vier stadia. In het eerste stadium definieert ze samen met de groep de richting en stelt vragen om een dialoog te starten, zonder direct naar antwoorden te zoeken. In het tweede stadium wordt het materiaal ontwikkeld en wordt de focus gelegd op wat overgebracht en herhaald kan worden. Het derde stadium draait om feedback van een klein, vertrouwd publiek, waarbij gekeken wordt of de intenties van het stuk overkomen. In het laatste stadium wordt het werk overgedragen aan de acteurs voor uitvoering. 10
Rafalowicz heeft in de jaren 1981 en 1982 meerdere bijdragen geschreven voor de kunstrubriek in Het Parool.
In 1991 en 1996 organiseerde zij mede het Internationaal Jiddisj Festival in Amsterdam. De laatste voorstelling waar zij aan meewerkte was Golem, een productie van het Theater van het Oosten. Het stuk was van Judith Herzberg, de regie van Leonard Frank. Mira Rafalowicz werd 57 jaar.
Theater CV
Mira Rafalowicz heeft bijgedragen aan 15 productie(s).
Mira Rafalowicz heeft gewerkt in de volgende functies:
- Bewerking - Zie lijst (A-Z) of lijst (datum)
- Vertaling - Zie lijst (A-Z) of lijst (datum)
- Uitvoerende - Zie lijst (A-Z) of lijst (datum)
- Dramaturgie - Zie lijst (A-Z) of lijst (datum)
Het gehele overzicht van voorstellingen waaraan Mira Rafalowicz heeft meegewerkt, voor zover geregistreerd in de Theaterencyclopedie:
NB: Bij de carrièreoverzichten zijn de voorstellingen gekoppeld aan de premièredatum. Het kan echter voorkomen dat personen niet aan de première meewerkten, maar pas later bij de voorstelling betrokken raakten.
Bronnen
- Meijer, Daphne. "Ontsnappen in de geest.” De Groene Amsterdammer, 22 maart 1995. (Archiefje Mira Rafalowicz, 8824, Theatercollectie Allard Pierson, Amsterdam)
- "Mira Rafalowicz", Stadsarchief Amsterdam, geraadpleegd 16 oktober 2024 (geopend oktober 16, 2024).
- Rafalowicz, Mira. "Caracas: toneel in vreemd decor.” Het Parool Kunst, 21 augustus 1981. (Archiefje Mira Rafalowicz, 8824, Theatercollectie Allard Pierson, Amsterdam)
- Rafalowicz, Mira. "American Dramaturgs.” The Drama Review: TDR 20(2), nr. o6 (1976): 27-29, doi:10.2307/114506.
- Rafalowicz, Mira. "Over kroegen- en keukendramaturgie.” Theaterschrift, 1994, 5/6 ed.: 127-137.
- Theatergroep BAAL. Baal in Frascati 1. Amsterdam, 1984. (Archiefje Mira Rafalowicz, 8824, Theatercollectie Allard Pierson, Amsterdam)
- Wetering, Chris van de. "Een Jiddisch theaterdier.” Het Parool, 1 Oktober 1998. (Archiefje Mira Rafalowicz, 8824, Theatercollectie Allard Pierson, Amsterdam)
- Zonneveld, Loek. "Luisindepels (Mira Rafalowicz 1941-1998).” De Groene Amsterdammer, 7 Oktober 1998. (Archiefje Mira Radalowicz, 8824, Theatercollectie Allard Pierson, Amsterdam)