Mary Dresselhuys: Repertoire - Vereenigd Rotterdamsch-Hofstad Tooneel
Eenlevenlangtheater Mary Dresselhuys:
- Homepage Eenlevenlangtheater Mary Dresselhuys
- Biografie
- Repertoire
- Audio
- Video
- Volgens Mary Dresselhuys
- Volgens anderen
- Colofon
Vereenigd Rotterdamsch Hofstad Tooneel
In mei 1929 doet Mary Dresselhuys met goed gevolg eindexamen aan de Toneelschool in Amsterdam. Ze verscheurt haar net bemachtigde diploma omdat ze verontwaardigd is dat haar vriend Joan Remmelts geen examen heeft mogen doen. Hij is uitgesloten van zijn laatste proeve van bekwaamheid omdat hij volgens een paar docenten te weinig spraaklessen heeft gevolgd. In de hoop zo snel mogelijk werk te vinden schrijven Mary en Joan samen twee sollicitatiebrieven. Eduard Verkade zal hun brief nooit beantwoorden, maar Cor van der Lugt Melsert biedt het tweetal gelegenheid te auditeren bij het Vereenigd Rotterdamsch-Hofstadtooneel. Mary en Joan krijgen beiden een contract. In december van ditzelfde jaar trouwen ze met elkaar, op de 24e, "de goedkoopste trouwdag van het jaar".
Mary begint met het spelen van een aantal figuranten- en bijrollen, maar al in mei 1930 speelt ze haar eerste hoofdrol in het stuk Een vrouw zoals iedereen zoekt van L. Hirschfeld. In haar tijd bij het Vereenigd Rotterdamsch-Hofstad Tooneel neemt Mary ook geregeld een rol op van een zieke collega. Zo springt ze overhaast - en soms voor slechts een avond - in bij Boefje, Hier was een man noodig, De man in de monnikspij, De drie musketiers, En als de ster bleef stille staan en De spooktrein. Het wil wel voorkomen dat Mary door tijdgebrek de eerste akte van het te spelen stuk op de dag zelf in de trein doorneemt en in de pauze pas voor het eerst aan het lezen van de tweede akte toekomt. Het op deze wijze redden van een avond is overigens een lucratieve bezigheid, want het wordt beloond met maar liefst honderd gulden. Het maandsalaris bij het Vereenigd Rotterdamsch-Hofstadtooneel bedraagt in die tijd honderdentien gulden.
Op 4 september 1931 gaat het laatste stuk waarin Mary speelt bij het Vereenigd Rotterdamsch-Hofstadtoneel in première: De roode divan (On the spot) van Edgar Wallace. Op zoek naar grotere rollen en naar een gezelschap dat in Amsterdam gevestigd is, maakt ze samen met echtgenoot Joan Remmelts de overstap naar het Centraal Tooneel.
Foto's
Links: V.l.n.r.: Cor van der Lugt Melsert, Mary Dresselhuys en Johan Elsensohn in De Keizer van Amerika, 1930. Foto: N.V. Vereenigde Fotobureaux. Rechts: V.l.n.r. Mary Dresselhuys, Louis Gimberg en Fie Carelsen in Een vrouw zoals ieder zoekt, 1930. Fotograaf onbekend. Collectie TIN.
Overzicht
- 7 september 1929: figurant in Julius Caesar van William Shakespeare
- 21 november 1929: Magduska in Men trouwt geen meisjes zonder geld
- 11 februari 1930: Christiane in Mélo
- 18 maart 1930: kroonprinces Alice in De keizer van Amerika
- 20 april 1930: Robinetta in De Kleine Johannes van Fredrik van Eeden
- 11 april 1930: Hello in Een vrouw zoals ieder zoekt
- 2 september 1930: Fay Eaton in Meisjes op een oorlogsschip
- 20 septemer 1930: Thea in De Wonderdoktoor
- 29 november 1930: Lydia in Een twee drie
- 21 februari 1931: Eugénie in Eugène, Eugène en Eugénie
- 3 maart 1931: vrouw van de criticus in Men schrijft ons van Eduard Veterman
- 13 maart 1931: Georgine Coursan in Papa
- Gloria Clandon in Men kan nooit weten (You never can tell) van George Bernhard Shaw
- 14 mei 1931: Minn Lee in De rode divan