Ensemble (theaterterm)

Uit TheaterEncyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken

Letterlijk: aaneen, bijeen, samen. Vaak in de betekenis van samengebracht geheel.

In de wereld van de podiumkunsten wordt de term wel gebruikt als een equivalent van het woord gezelschap. Men bedoelt dan meer de groep van uitvoerende acteurs, dansers, musici etc. die de kern vormen van het gezelschap en aan wie de rollen of partijen voor de uitvoering van voorstelling verdeeld worden. Het woord gezelschap slaat dan meer op het totaal van alle medewerkers van de organisatie.

In de toneelwereld kende Nederland in het verleden een beperkt aantal theatergezelschappen met een (zeer) groot acteursensemble dat voornamelijk traditioneel repertoire speelde (bijvoorbeeld de Nederlandse Comedie). Aktie Tomaat heeft er echter toe geleid dat er ruimte ontstond voor kleinere, experimentele groepen met een ensemble van voornamelijk jonge acteurs. Ook de professionele theatergroepen van vandaag de dag werken over het algemeen met een vaste acteurskern die wordt aangestuurd door een regisseur, die tevens de artistieke visie van het gezelschap waarborgt. Voorstellingen waarbij het gehele ensemble ten tonele verschijnt worden afgewisseld met kleinere producties met slechts enkele acteurs. Bekende ensembles zijn die van Toneelgroep Amsterdam, het RO Theater en Het Nationale Toneel. Binnen het muziektheater komt het regelmatig voor dat één of meerdere ensembleleden ook understudy zijn voor de grotere rollen.

In de muziekwereld en die van de opera en muziektheater gebruikt men het woord ensemble vaak voor een groep van ongeveer 12 musici of zangers of minder, die gezamenlijk uitvoering geven aan een deel of het geheel van de gecomponeerde muziek, al of niet in een speciaal arrangement. Een grotere groep van uitvoerende wordt dan al gauw een koor of een orkest e.d. genoemd.

Voor Toneelgezelschap Ensemble, zie: Ensemble (toneelgezelschap)