Canon:2004 - De non-lineaire opera Men in Tribulation

Uit TheaterEncyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken
NB: De onderstaande tabel is alleen zichtbaar voor beheerders van de TE en dient voor het semantisch vastleggen van een op deze pagina betrekking hebbende "Gebeurtenis" (plus bijbehorende info) op een "Tijdlijn"; de gebeurtenis en bijbehorende informatie kan zo (o.a.) weergegeven worden in de "slides" van een tijdlijn.



Gebeurtenis
Titel: De non-lineaire opera Men in Tribulation
Afbeelding: [[media:]]
Datum: 2004-06-13
Beschrijving: Het Vlaamse Muziektheater Transparant brengt de ‘non-lineaire opera’ Men in Tribulation, over de laatste levensuren van Antonin Artaud
Tijdlijn(en): Tijdlijn Opera
Perso(o)n(en): Jan Fabre, Eric Sleichim, Antonin Artaud
Productie(s): Men in Tribulation - Holland Festival - 2004-06-13
Gezelschap(pen): Holland Festival, Muziektheater Transparant
Theater(s): Stadsschouwburg, Amsterdam (1894)

De eigenschap “Afbeelding” (als paginatype) met de invoerwaarde “Bestand:” bevat ongeldige tekens of is onvolledig en kan daarom onverwachte resultaten veroorzaken tijdens een opvraag- of annotatieproces.

Het Vlaamse Muziektheater Transparant brengt de ‘non-lineaire opera’ Men in Tribulation, over de laatste levensuren van Antonin Artaud

Op 13 juni 2004 gaat in het kader van het Holland Festival de voorstelling Men in Tribulation in première in de Stadsschouwburg van Amsterdam. Jan Fabre schrijft de tekst en Eric Sleichim tekent voor de muziek en de regie.

Het Vlaamse gezelschap Muziektheater Transparant brengt de laatste dagen van theatermaker Antonin Artaud in beeld. Hij zoekt zijn weg uit het westerse rationalisme en vertrekt in 1937 naar Mexico om zich bij de Tarahumaras Indianen te voegen. Hij laat zich introduceren in de hallucinante drug péyoté. Bij terugkeer naar Europa belandt hij in een psychiatrische inrichting. Een paar dagen nadat hij de kliniek verlaat, overlijdt hij. De teksten die Artaud schrijft in de kliniek zijn de basis voor de voorstelling.

We reizen als publiek mee door de geest van Artaud in zijn laatste dagen. Drie saxofonisten van het Bl!ndman Saxofoonkwartet, een countertenor, een stemkunstenaar en een actrice nemen het publiek mee in een vierkante, mistige ruimte. Middenin staat een stellage, waar mannen zichzelf beschilderen met witte verf. Ook veren, schelpen en kralen zijn er als verwijzing naar de indianen. De stemmen en klanken klinken zoals de stemmen die Artaud in zijn hoofd moet hebben gehoord. Op een gegeven moment wordt het een vloedgolf aan lawaai, die bijna hallucinerend werkt. Het komt dicht in de buurt van wat Artaud als ideaal theater voor ogen heeft. Acteurs die de gevoelens van de personages niet spelen, maar ondergaan. Toeschouwers die niet toekijken, maar ook huiveren, meevoelen en meelijden.

Dit is één van de teksten binnen de Tijdlijn Opera. De complete tijdlijn is te vinden op de pagina Tijdlijn Opera.

Bronnen