Coulissen

Het in de 17e eeuw ontwikkelde coulissendecor telde maximaal zeven, maar meestal vier beschilderde zijschermen, bestaande uit beschilderde en verticaal opgehangen doeken die samen met de Friezen en het achterdoek een compleet toneelbeeld vormden. Deze zijschermen waren tot diep in de negentiende eeuw in de Europese theaters in gebruik waren en werden coulissen genoemd

Acteurs kwamen tussen de coulissen door op. De plek waar ze het toneel betraden (vooraan of verder naar achter) was een indicatie voor het belang van hun rol. Als er tegenwoordig al gebruik gemaakt wordt van coulissen zijn het vaak gordijnen, die tegenwoorden poten worden genoemd. De term coulissen is echter nog steeds wel in de theaterwereld in gebruik, vooral bij de wat oudere optredenden om aan te geven dat men klaar staat om het toneel te betreden.

De uitdrukking ‘in de coulissen klaarstaan’ wordt in het Nederlands ook voor niet-theatersituaties gebruikt, waarbij iemand (nog even) uit zicht blijft of gehouden wordt.