Column Jacques Klöters 23 mei 2012
Ik moest vanmorgen denken aan hoe het nu verder moet. Het advies is om het Theaterinstituut te sluiten. Het plan om in de Stopera te trekken en daar tentoonstellingen te maken, wordt de minister afgeraden. Er wordt 400 jaar theatergeschiedenis bewaard, een enorme collectie en waar moet die nu heen? Verkocht? Verdeeld? Versnipperd?
Ik was twintig jaar verantwoordelijk voor de afdeling theateramusement, kleinkunst zeg maar.
Wat ik weet van kleinkunst en internationaal theateramusement heb ik daar geleerd, heb ik anderen geleerd. Generaties aankomende artiesten en zangers de weg gewezen in de bibliotheek. Zag er Karin Bloemen binnenkomen, Mathilde Santing, Huub van der Lubbe en zag ze vertrekken met stapels boeken en muziek. Een jongen van 15 kwam met zijn vader er goochelboeken inkijken. Hans Klok heette hij. Schrijvers van stukken en musicals kwamen zich in de bibliotheek documenteren, bekeken foto's, programmaboekjes en affiches, zochten naar goede decorontwerpers, afficheontwerpers, lazen recensies van vroegere opvoeringen van stukken. Volgens mij had die collectie een functie. Was het werk dat we deden zinvol. We waren actueel, knipten recensies, kochten de nieuwste boeken, kregen foto’s en affiches van producties binnen, houdt die kennis nu op? Wat gebeurt er nog met die collectie als die gedumpt wordt in het Algemeen Rijksarchief of zo? Op ons zoldertje kwamen veel acteurs en artiesten die ik wist over te halen hun persoonlijke collectie te schenken. Kostuums, rekwisieten, teksten, beeld- en geluidsopnamen, plakboeken, foto’s. Ze vroegen me of hun nalatenschap veilig was bij ons. We werken hier voor de eeuwigheid, zei ik.
Zo kwamen we aan de onvervangbare kleinkunstcollecties van Alex de Haas, Chiel de Boer, Wim Ibo en Jaap van de Merwe, grote verzamelaars van alles wat met de geschiedenis van het amusement te maken heeft. Zo trokken we Wim Kan, Wim Sonneveld en Neerlands Hoop over de streep die hun archieven aan het TIN nalieten. De geschiedenis van de musical in Nederland ligt er, de geschiedenis van het variété en de revue. De oudste goochelattributen waarvoor goochelaars helemaal uit Amerika kwamen om die te zien. De hele theatergeschiedenis vanaf de 17e eeuw ligt er en er kwam dagelijks bij.
Duizenden man en vrouwjaren werk is er verricht, zou dat dan allemaal voor niets zijn geweest? Waar blijft de liefde en de kennis die mijn collega’s en ik er al die jaren ingestoken hebben. Bezuinigingen op cultuur…, maar toch niet de vernietiging ervan ? Hoe kan staatssecretaris Zijlstra dat verantwoorden aan het voorgeslacht en aan het nageslacht? Laat het advies van de Raad Cultuur een advies blijven waar nog jaren schande van gesproken zal worden. Denk en oordeel zelf. Ga er eens heen, loop er eens door, kijk nog eens goed voordat je het bommenluik opendoet en de geschiedenis bombardeert!
Links: Éen van de twee depots waarin de collectie bewaard wordt. Rechts: De mediatheek aan de Sarphatistraat.
V.l.n.r. Plakboeken uit de archieven van Wim Ibo en Wim Sonneveld, en spiekbord uit het archief van Wim Kan.
Gedigitaliseerde plakboeken
Uit het archief van Wim Ibo en Wim Sonneveld zijn plakboeken gedigitaliseerd, zodat ze online doorgebladerd kunnen worden.
Open HIER het Plakboek van de Familie Doorsnee uit het archief van Wim Ibo
Open HIER het Plakboek van Wim Sonneveld
Terug naar: Column Jacques Klöters