Agon, sultan van Bantam - Onno Zwier van Haren
(Aantal:0)| Titel | Agon, sultan van Bantam |
|---|---|
| Auteur | Onno Zwier van Haren |
| Discipline | Toneel |
| Gepubliceerd op | 1769 |
| Gepubliceerd te | Leeuwarden |
Synopsis
Personages
- Agon, Sulthân van Bantam
- Sinan, Captein van Agons Gardes
- Fathêma, Princesse van Maccasser
- Camoeni, Vertrouweling van Fathêma
- Hassan, Jongste soon van Agon
- Abdul, Oudste soon van Agon
- Jan Lucas van Steenwyk, Nêerlander, renegaat, vertrouweling van Abdul
- Ibrahim, Iman of opper-priester van de Koninglyke mosquée van Bantam
- Saint Martin, Generaal van de Nederlandsche Krygsmacht, en Raad van Indien
- Sadi, Javaansch officier
- Javaansche grooten
Synopsis
Het Toneel is in 't Paleys van Bantam, twaalf myl bewesten Batavia, op 't Eyland Groot Java.
Agon, de sultan van Bantam, heeft vijftig jaar geheerst en besluit zijn rijk te verdelen. De oudste zoon Abdul krijgt Bantam en Hassan krijg het naburige Tartassa. Hassan krijgt ook de hand van de door de Hollanders verdreven prinses Fathema. Zij wil wraak nemen.
Abdul heult met de Hollanders en hoopt met deze hulp de heerschappij over het hele rijk te krijgen én prinses Fathema. Hassan maakt het verraad van zijn broer Abdul bekend en deze wordt opgesloten.
Abdul weet dat de vloot van de Hollanders onderweg is. Hij zegt dat hij spijt heeft, maar dat is niet zo. Zijn vader Agon gelooft hem en laat hem daarom vrij, zodat Abdul oorlog kan voeren tegen de Hollanders die aan land zijn gekomen. Sultan Agon wijst de voorwaarden van commandant van de Hollandse vloot af. Hassan blijft oorlog voeren, maar Abdul keert zich tegen zijn vader en verwond hem met een kris.
Hassan vlucht samen met Fathema naar Tartassa om daar de strijd verder te voeren. De zwaargewonde Agon krijgt te horen dat Hassan door Steenwyk is gedood. Daarop vermoordt Fathema Steenwyk, en pleegt ze daarna zelfmoord. Sultan Agon spreekt stervend zijn laatste woorden: de Deugd en Dapperheid zyn uit de Oost gebannen/ En 'k laat het laffe Oost ten prooy aan syn Tyrannen.
Achtergrond
Het stuk werd in 1769 voor het eerst gepubliceerd bij Abraham Ferwerda in Leeuwarden.
In mei van het jaar 1769 stond de aankondiging van de opvoering van Agon in de krant. Het gezelschap van Martin Corver speelde alle stukken van Onno Zwier van Haren. Er was kritiek op het werk van Van Haren, want het waren geen teksten geschreven in perfecte gepolijste verzen. Dat was de reden voor Corver om de stukken op te voeren: liever ongepolijste, daar ziel in zit, dan zonder ziel gemaakte drama's. De teksten waren zo herkenbaar en echt voor de acteurs, dat ze die in veertien dagen uit hun hoofd kenden. Het publiek kwam niet.
In 1770 werd Agon, Sultan van Bantam door een onbekende in het Frans vertaald, en in 1786 werd het stuk bewerkt door Pieter Schelle. In 1812 vertaalde Hendrik Janssen het stuk voor de tweede keer in het Frans, maar deze versie is verloren gegaan. In 1825 is er een nieuwe bewerking van Jan van 's-Gravenweert.
Overzichten
Overzicht van uitvoeringen van dit werk en/of producties die op dit werk zijn gebaseerd, en die in Nederland te zien zijn geweest:
Historische achtergrond
Het verhaal over de Sultan Bantam was gebaseerd op een zeventiende-eeuwse koloniale oorlog op Java. Maar omdat een klassiek drama zich in een etmaal hoorde af te spelen, zijn bepaalde gebeurtenissen bekort of veranderd. In 1772 publiceerde Van Haren een biografie over Joannes Camphuis (1634-1695), gouverneur generaal van Batavia, waarin hij het conflict beschrijft waar het toneelstuk Agon op gebaseerd is. Ook heeft hij gebruik gemaakt van het vierde deel van Oud- en Nieuw Oost-Indiën, waarin een beschrijving staat over Java uit 1726 van François Valentijn.
Het sultanaat Bantam was in de zeventiende eeuw een de machtigste rijken op Java. In de tweede helft van die eeuw heerste daar de sultan Abu'l Fath I Abd el-Fattah, ook wel Ageng genoemd, dat 'De Grote' betekent.
Ageng had zijn oudste zoon Hadji mede-regent gemaakt. Deze ging op pelgrimstocht naar Mekka. Tijdens zijn afwezigheid werd Ageng door de eerste minister overgehaald om zijn schoonzoon Purbaja, de jongere zoon van Ageng, troonopvolger te maken. Toen Hadji terugkwam, ontstond er onenigheid. De VOC begon in het geheim onderhandelingen met Hadji. Tijdens een paleisrevolutie op 1 mei 1680 werd Ageng, die de VOC wilde bestrijden, afgezet. Hadji onderhandelde met de VOC over een nieuw vredesverdrag, maar dat mislukte. Ageng werd door velen weer als sultan erkend, en begon in 1682 een oorlog tegen Hadji, die hij belegerde in het kasteel Surusuang. Dat kasteel was gebouwd door Hendrik Laurensz. Cardeel uit Steenwijk (in het stuk is dat Jan Lucas van Steenwyk).
Hadji riep de hulp in van de regering te Batavia en beloofde de VOC het handelsmonopolie. Er werd een leger naar Bantam gestuurd. Op 7 april 1682 werd Bantam veroverd en Hadji had de macht weer in handen. Ageng erkende in 1683 zijn nederlaag en werd naar Batavia gebracht, waar hij tien jaar later overleed.
Op 17 april 1684 sloot Sultan Hadji een contract met de VOC. Hierdoor kreeg de V.O.C. vrijwel een monopolie op de hele handel op Java.
Bronnen
- Albach, Ben, Jan Punt en Marten Cover. Nederlandsch tooneelleven in de 18e eeuw. P.N. van Kampen & zoon n.v. Amsterdam, 1946.
- Algemene Winkler Prins Encyclopedie. Hoofdredactie prof. Mr H.R.Hoetink, Prof. dr E de Bruyne, prof Dr. J.F. Koksma, Dr R Lissens, prof Dr. J. Presser. Elsevier Amsterdam Brussel deel 2 1956 en. nr 4 1957.
- Loeb Classical Library.
- Nederlandse Literatuur, een geschiedenis. Hoofdredactie M.A. Schenkeveld- van der Dussen. Redactie: Ton Anbeek, Willem van den Berg, Jaap Goedegebeure, E.K. Grootes, Anna Marie Musschoot, Frits van Oostrom, Herman Pleij en Johanna Stouten. Uitgeverij Martinus Nijhoff Groningen, 1993.
- Nijhoff, Martinus. Agon, Sulthan van Bantam (ed. G.C. de Waard). Den Haag 1979 (via DBNL)
- Onno Zwier van Haren (1733-1779). Een ongewone sultan in Friesland.
- Starkenborg A.. De geuzen II. Onno Zwier van Haren [op de afbeelding van het boek staat Ds A.Starkenborg], 1943. (via DBNL)

