Rotterdamsche Schouwburg (1774-1887), Rotterdam
De Rotterdamsche Schouwburg in 1774. Het gebouw was nog van hout. Litho uit 1876. Collectie TIN.
| Naam | Rotterdamsche Schouwburg (1774-1887), Rotterdam |
|---|---|
| Plaats | Rotterdam |
| Type | Theatergebouw |
| Thema | Toneel, Ballet, Opera |
| Architect | Ebbenhorst |
| Bouwjaar | 1774 |
| Openingsdatum | 27 december 1774 |
| Openingsvoorstelling | "Maria van Bourgondië" van L.W. van Winter-van Merken, naspel "Blindemannetje" van F.C. Dancourt, naar het Frans |
| Gesloten | Nee |
| Wikidata ID (Q-nummer) | Q81935923 |
| Info | Waarde |
|---|---|
| Afbeelding | Schouwburg Coolsingel Rotterdam.jpg |
| Postcode: | Geen postcode beschikbaar |
| Openingsdatum: | 27 dec 1774 |
| Op de kaart: | Ga naar kaart... |
| Wikimedia Commons: | Galerie (Wikimedia Commons) |
| Gelegen in: | Rotterdam (Q2680952) |
Bekijk deze en meer informatie op de website van Wikidata, of lees de pagina <span_class= "error">Fout:_er_is_geen_lokale_variabele_“wp_paginatitel”_ingesteld. Fout: er is geen lokale variabele “wp_paginatitel” ingesteld. op Wikipedia.
Informatie
De schouwburg werd gebouwd in opdracht van Commissarissen (Bestuur van het gezelschap van Jan Punt), architect was Ebbenhorst, makelaar en timmerman te Amsterdam. Het eerste gebouw was van hout.
Adres: Coolsingel 38, Rotterdam.
In 1774 lag het houten theater in de tuin achter een woonhuis, zodat het vanaf de Coolsingel bijna niet zichtbaar was. Door een poort kwam men op een open binnenplaats. Dan zag men het gebouw liggen, deels uit steen, deels uit hout opgetrokken. Door drie voordeuren betraden de bezoekers de zaal.
Verbouwingen
- 1846. In 1846 werd de schouwburg verbouwd; de binnenplaats werd overdenkt bij wijze van vestibule.
- 1852. In 1852 kwam een geheel stenen theater, architect was A.W. van Dam. Het oude toneel bleef gehandhaafd, de toneelruimte werd geschikt gemaakt voor de toneelmachinerie van die tijd; de schouwburgzaal werd opgeknapt.
Na de verbouwing werd de schouwburg op 13 augustus 1853 heropend met Adel en Mathilda, een treurspel van S.Izn. Wiselius, gevolgd door Het feestvierende Rotterdam, een zinnebeeldige voorstelling ter gelegenheid der inwijding van de nieuwe schouwburgzaal, geschreven door F.H. Greb. Het pand werd afgebroken in 1887.
Links: De Rotterdamsche Schouwburg aan de Coolsingel. Gewassen pentekening door Johannes Adrianus Bouwmeester, waarschijnlijk gemaakt vlak na de opening van het nieuwe gebouw in 1853. Rechts: De Rotterdamsche Schouwburg aan de Coolsingel. Litho van P.M.W. Trap, ca. 1870. Collectie TIN.
Een restauratie in 1874
- Dagblad van Zuid Holland en 's-Gravenhage van 1874-09-01 in Delpher bevattende het bericht dat op 4, 5 en 6 september 1874 de feestelijke inwijding zal plaatshebben van het "nieuw gerestaureerde gebouw" aan de Coolsingel.
Vanaf dat ogenblik wordt in de publiciteit dikwijls gesproken over Nieuwe Schouwburg, Rotterdam of Nieuwe Rotterdamsche Schouwburg.
Uiteindelijk vindt de sloop van dit gebouw in 1887 plaats.
Interieur
"Het parterre telt dertien met groen laken bekleede banken met leuning aan 260 toeschouwers zitplaats biedende; daarachter is, door schotwerk afgesloten, de schellings of staanplaats. [...] Boven deze staanplaats is het amphitheater; terzijde van het parterre, aan elken kant, zijn zes loges, en boven, geheel de zaal rondloopen de galerij, of twaalf stuivers plaats."
Premieres
Een chronologisch en daaronder een link naar een alfabetisch overzicht van de voorstellingen, die in dit theater in première zijn gegaan:
- het alfabetisch overzicht van deze voorstellingen
Bron
- Theaters in Nederland sinds de zeventiende eeuw. Redactie Bob Logger, Eric Alexander, Menso Carpentier Alting, Nico van der Krogt, Nathalie Wevers. Theater Instituut Nederland, 2007
- Collectie TIN