Hans Croiset: Volgens anderen

Uit TheaterEncyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken

Logo eenlevenlangtheater2.jpg

Hans Croiset, 1965. Foto Godfried de Groot. Collectie TIN.


Eenlevenlangtheater Hans Croiset:


Citaten over Hans Croiset

Hieronder spreken enkele collega's en journalisten zich uit over het talent en vakmanschap van Hans Croiset.

Volgens journaliste Anneriek de Jong

"Hans Croiset, Lear "himself", ontroert. Niet, goddank, door medelijden op te wekken maar door de perverse kanten van de oude koning te accentueren: zijn egoïsme, zijn zelfgenoegzaamheid, de arrogantie van de macht. De charmante, bijna tedere manier waarop hij huftert getuigt van Croisets meesterschap en Doesburgs halfslachtigheid doet daar niets aan af."

(NRC Handelsblad, 15 oktober 2001)

Volgens recensente Hana Bobkova

"Met uiterste soberheid en precisie formaliseert en construeert Hans Croiset de heer De Virelade. Boven psychologische karakteristieken als dominant en kinderlijk, staat de over-zorgvuldige articulatie, eilandjes van zinnen alsof verschillende personages hem laten spreken en overstemmen wat hij eigenlijk wil zeggen."

Volgens regisseur Ger Thijs

"Acteurs moeten oud worden, als wijn. Als ik nu Hans Croiset zie vanuit de coulissen en hem hoor zeggen: "U vraagt zich af waarom ik liever een pond vlees uit deze man wil dan drieduizend dukaten." De stilte die hij dan neemt, die de slachtoffer-beulsituatie beklemtoont, die stilte is het allermooiste uit de voorstelling."

Volgens regisseur Gerardjan Rijnders

"Die onzekerheid van hem, die angst, blijf je op de een of andere manier altijd voelen. Het wordt nooit gemakkelijk, laat staan routine. Hij speelt nooit alleen maar een rol die nu eenmaal gespeeld moet worden. Je ervaart altijd de onzekere, twijfelende en dus godzijdank levende vertolker van die rol. Hij houdt iedere komma honderd keer tegen het licht tijdens de repetities. En als hij dan tijdens die voorstelling weer bij die komma's aankomt, ervaar je dat hij denkt: ik zal het wel weer niet goed doen. En dat is altijd spannend. Juist ook als het om een personage gaat dat - ogenschijnlijk - helemaal zeker is van zichzelf."

(e-mail van Gerardjan Rijnders, 7 juni 2005)

Volgens een journalist in NRC Handelsblad

"Een uitdagende tekstregel op een wapperend spandoek siert de gevel van De Koninklijke Schouwburg: "Het loopt met Amsterdam, gelijk gij hoort, ten einde." (...) Zodra het doek opgaat valt meteen een kapot gevallen brokstuk op van het lijsttoneel van de Amsterdamse Stadsschouwburg. Fluweelrode, gerafelde gordijnen hangen omlaag. Ik twijfel er niet aan of Croiset als leider van Het Nationale Toneel polemiseert met Amsterdam."

(NRC Handelsblad, 27 december 1988)

Volgens actrice Annet Nieuwenhuijzen

"Je moest veel meer lezen. De interesse die hij had wilde hij overbrengen aan ons. Om het anders, om het nieuw te maken. Want het gewone toneel dat liep vast: we hadden niet voor niks de tomaten gehad."

"Het kan best zijn dat hij rekening met de acteurs houdt, maar hij houdt toch ook wel degelijk zoveel mogelijk vast aan dat wat hij in zijn hoofd heeft."

"Er was een tuinfeest en Hans had 25 à 30 klapstoeltjes op het toneel staan. Die stonden allemaal door elkaar, dus als je dan naar de andere kant moest, moest je tussen die stoeltjes "doorzwemmen". Daar kon je ook wel wat mee kwijt, want je kon bijvoorbeeld met die stoelen gooien als je verdrietig was. Je werd op die manier gedwongen om naar oplossingen te zoeken die voor jezelf de zaak acceptabel maken. Ik denk toch inderdaad dat hij ermee bezig was om zekerheden onderuit te halen."

Volgens journalist W. Wagener

"Croiset plaatste zijn 15 meewerkenden op het toneel in het rond tegen een zwart fond en liet uit hun midden degenen die "op" moesten voor het voetlicht onder felle lampen plaatsnemen op stoelen. Ze acteerden niet maar lazen de hun toegewezen rollen alleen maar voor, in de juiste intonatie overigens. Door een luidspreker werden de hoogst nodige verklaringen gegeven, van een toneelinrichting bijvoorbeeld, of van een handeling waarbij de figuren betrokken raakten. De luidspreker werd ook gebruikt voor een suggestie van de geluiden achter de schermen. Deze strakke presentatie van het spel, de heren in smoking, en in het bezit slechts van een enkel attribuut van hun rol, de dames in toiletten die nog duidelijker een beeld van de figuren die zij voorstelden gaven was bevredigend."

Over de voorstelling Le Balcon van Jean Genet, Rotterdams Toneel 1960. (W. Wagener in het Rotterdams Nieuwsblad, 11 januari 1960)

Volgens journalist Jeanne van Schaik-Willing

Journaliste Jeanne van Schaik - Willing in De Groene Amsterdammer over de eerste hoofdrol van Hans Croiset in Thee en sympathie bij het Rotterdams Toneel in 1955:

"De jeugdige Hans Croiset heeft mij als de jonge onschuldige jongen, die het zo bitter moeilijk heeft, diep ontroerd. Hij was werkelijk ongerept, weerloos zoals hij daar op zijn bed lag te denken en te lijden. Direct al voelde men, dat hij de ware was om de onschuld van dit kind te verbeelden, want bij de hachelijke scène aan het begin, toen hij de vrouwenjapon aan moest passen voor zijn travestierol, was er nergens iets belachelijks of aanstotelijks, een bewijs voor zijn innerlijke candide gevoelsstaat. Ik zal de manier, waarop hij vergeefs: 'Vader, vader,' riep niet licht vergeten, vooral omdat dit ook alweer zo zuiver, zo zonder de minste pathetiek gebeurde."