Categorie:Organisatie

Uit TheaterEncyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken

<protect><type>thesau</type><id>545</id></protect>

Organisatie en leiderschap in de Podiumkunsten

Een professionele theater- en dansvoorstelling kan alleen maar tot stand komen in een omgeving waarin sprake is van een of andere vorm van organisatie en richtinggevend leiderschap. Onder het begrip organisatie vallen eindeloos veel verschillende werkwijzen en ook aan het begrip leiderschap wordt in de praktijk op zeer verscheidene manieren inhoud gegeven. De diverse termen en functiebenamingen die in de theater- en danswereld worden gebruikt dienen dan ook in dit licht te worden bezien. Zo zijn veel voorkomende termen als Zakelijk leider, Artistiek leider, Management, Artistieke/Zakelijke Leiding en Artistiek/Zakelijk directeur, inhoudelijk niet altijd gelijk. Omvang en doel van de organisatie zijn daarbij bepalend. Termen en begrippen die onder Organisatie en leiderschap kunnen worden begrepen, zijn van twee kanten te benaderen: enerzijds vanuit de praktijk van de werkvloer en anderzijds vanuit een juridische en bestuurlijk standpunt.

Juridische en bestuurlijke benadering

Sinds het einde van de tweede WO is in Nederland door Wetgeving en het subsidiebeleid van de overheden in de Podiumkunsten, een scheiding ontstaan tussen organisaties die podiumkunst presenteren (theater- en concertzalen e.d.) en organisaties die voorstellingen en concerten produceren (gezelschappen). In vele Europese landen, bijvoorbeeld in Duitsland, zijn deze twee aspecten juist vaak in één organisatie gebundeld. Wanneer we het in Nederland over een theaterorganisatie hebben, moet derhalve steeds uit de context begrepen worden of het om de gebouw- dan wel de productorganisatie (gezelschappen en/of producenten) gaat. Om als organisatie in de maatschappij te kunnen handelen en met name ook om subsidies van overheden te kunnen ontvangen, is een wettelijke status noodzakelijk. Onder handelen wordt o.m. verstaan verplichtingen aangaan, personeel in dienst hebben, producten kopen en verkopen en allerhande werkzaamheden verrichten, zoals bijvoorbeeld een theatervoorstelling geven of maken. De wettelijke status geeft personen en andere organisaties meer zekerheid dat overeenkomsten rechtsgeldig zijn en aangegane verplichtingen zullen worden nagekomen.

Een organisatie met een wettelijke status, noemt men Rechtspersoon of Rechtsvorm. De meest simpele rechtsvorm is een Eenmanszaak, dat wil zeggen een natuurlijke persoon, die als zelfstandige optreed of meerdere natuurlijke personen die een Maatschap vormen. Diverse podiumkunstenaars werken als zelfstandigen in een van deze vormen. Een rechtspersoon die veel voorkomt bij de producerende organisaties (gezelschappen) is de Stichting, in mindere mate ook de Vereniging en soms ook de BV= Besloten Vennootschap en de NV= Naamloze Vennootschap en dan vooral bij gebouw-organisaties, maar een bekende productie-organisatie in de Podiumkunsten is bijvoorbeeld Joop van den Ende Theaterproducties BV. Elke rechtspersoon dient een Bestuurder te hebben; dat is degene die wettelijk verantwoordelijke is voor het handelen van de betreffende organisatie. De meeste organisaties hebben meerdere bestuurders, die vormen dan gezamenlijk het Bestuur. Bij de Eenmanszaak en de Maatschap zijn de bestuurders de handelende natuurlijke personen zelf. De bestuurders van een Stichting in de Podiumkunsten waren tot voor kort vaak notabelen, invloedrijke personen of deskundigen op financieel, juridisch of communicatie-gebied; mensen die echter zelf niet de noodzakelijke artistieke inhoud aan de organisatie kunnen geven. Het Bestuur zoekt daarvoor een of meerdere geschikte creatieve persoonlijkheden en tegelijk vaak een zakelijk ingestelde collega om een artistiek en zakelijk onderbouwd beleidsplan () te ontwikkelen. Na goedkeuring door het bestuur krijgen zij dan formeel als Artistiek leider en Zakelijk leider de opdracht dit plan te gaan uitvoeren. Wellicht vaker komt het omgekeerde voor: namelijk dat een of meerdere scheppende theater kunstenaars eerst een artistiek beleidsplan ontwikkelen en daarbij vervolgens bestuurders zoeken, onder wiens bestuurlijke bescherming zij dit vervolgens gaan realiseren. Zij worden dan eveneens aangesteld als Artistiek leider en naast hen een Zakelijk leider. In de voorkomende gevallen dat de realisering van zo’n plan geen succes wordt, draagt het bestuur de juridische verantwoordelijkheid naar de overheid en de maatschappij en niet de theaterkunstenaars als personen, voorzover zij gehandeld hebben binnen de richtlijnen van het bestuur. Bij het bestuur van theater- en concertgebouwen is de eigenaar, meestal een overheid, vaak ook de bestuurder of stelt daarvoor apart een van de eerder genoemde rechtsvormen in, maar in alle gevallen wordt gezocht naar een functionaris die bekwaam is om deze theaterorganisatie inhoud te geven.

Onder invloed van discussie in de maatschappij over goed bestuur, die sinds de laatste 15 jaar van vorige eeuw wordt gevoerd, zijn ook in de kunsten de gewoonten en gebruiken ten aanzien van het besturen van culturele organisaties veranderd. Veel traditionele bestuurders wezen erop dat zij geen deskundigen zijn op het gebied van de Podiumkunsten. Zij kunnen daarom in feite nauwelijks inzicht hebben in de consequenties van de steeds ambitieuzer wordende voorstellen van de artistiek en zakelijke leiding, laat staan de eindverantwoordelijkheid dragen voor de realisering van complexe, vaak ook internationale theaterprojecten. Het lijkt daarom logischer deze eindverantwoordelijk bij de bedenkers van de plannen zelf te leggen. In navolging van nieuwe bestuurlijke codes en veranderingen elders in de maatschappij, gaan dan ook steeds meer culturele organisaties er toe over om de Artistiek leider en Zakelijk leider tevens de eindverantwoordelijke voor hun beleid te geven en te benoemen als Bestuur. De voormalige bestuurders vormen dan een Raad van Toezicht die verantwoordelijk blijft voor het aanstellen van de Bestuurders het beoordelen van de plannen, vanuit hun eigen deskundigheid of positie alsmede het raad geven wanneer dat gevraagd wordt en wanneer de Raad van Toezicht dat nodig acht of daartoe behoefte voelt. Vaak nemen de bestuurders dan de functiebenaming Artistiek Directeur en Zakelijk Directeur aan, om daarmee het verschil aan te duiden met de eerder meer gebruikelijke termen Artistiek leider en Zakelijk leider.

Benadering vanuit de werkvloer

Het Artistiek beleid bepaalt wat zal worden geproduceerd (welk repertoire) of geprogrammeerd, hoe de organisatie zich naar de buitenwereld presenteert en met het publiek communiceert, wie daarvoor zullen worden gecontracteerd en/of ingezet, met welke andere podiumkunstinstellingen zal worden samengewerkt en wat de werkwijzen zijn. Daarmee is dit beleid het uitgangspunt en het doel van de organisatie. De Artistieke Leider]] of Artistiek Directeur is degene die het laatste woord heeft ten aanzien van dit beleid, in sommige gevallen wordt deze persoon ook aangeduid met de term Intendant. Dat is bijvoorbeeld gebruik geweest bij een aantal operagezelschappen in ons land. Deze specifieke functie houdt echter ook iets meer in. Deze functionaris heeft ook het laatste woord ten aanzien van de financiën van de organisatie. De meeste producerende Podiumkunstenorganisaties hebben daarvoor een Zakelijk leider of Zakelijk Directeur naast de Artistiek leider of Artistiek Directeur. Deze heeft het laatste woord ten aanzien van de financiën of wel het Zakelijk beleid. Dit beleid bepaalt waar de noodzakelijke inkomsten vandaan komen en hoe deze binnen de organisatie worden besteed. Het betekent ook dat deze functionaris de financiële kaders vaststelt waarbinnen het Artistiek beleid zich mag ontwikkelen. De Zakelijk leider of Zakelijk Directeur draagt verder zorg voor de personele en materiële structuur, waaronder bijvoorbeeld arbeidsvoorwaarden en huisvesting vallen. Het zal duidelijk zijn dat beide functionarissen samen dienen te werken. Men zegt wel dat zij gezamenlijk complementair eindverantwoordelijk zijn voor het totale beleid van de betreffende organisatie.

In gebouw-organisaties vallen Artistiek beleid en Zakelijk beleid heel vaak samen onder één functionaris en deze wordt dan gewoonlijk aangeduid met de term Directeur. Maar ook een enkele theaterproducerende organisatie kiest voor deze combinatie kiezen, waarbij de directeur zich vooral met het artistiek beleid bezig houdt en dan ondergeschikt een Zakelijk leider aanstelt om op het gebied van financiën al het voorbereidende en uitvoerende werk te doen. Voor de uitvoering van beleid, dat wil zeggen om de gestelde doelen van de Instelling te realiseren bepalen de Artistiek leider of Artistiek Directeur en Zakelijk leider of Zakelijk Directeur gezamenlijk: • welke soort taken/werkzaamheden daarvoor nodig zijn, • hoe deze werkzaamheden verdeeld kunnen worden in functies en tegelijk: • hoe deze functies samenhangen, • over welke deskundigheid, kwaliteiten en ervaring de functionarissen dienen te beschikken, • welke medewerker welke functie gaat vervullen • hoe en door wie de medewerkers in de praktijk zullen worden aangestuurd. Met andere woorden: zij structureren de Organisatie, waarbij vooral helder word gemaakt welke functionaris een gedelegeerde verantwoordelijkheid krijgt voor een deel van de realisering van het beleid en daarmee ook voor het functioneren van de medewerkers, die zijn aangesteld voor de taken behorende bij dat deel van het beleid. Deze functionarissen met een gedelegeerde verantwoordelijkheid, de leidinggevenden, worden gezamenlijk met de Artistiek leider of en Zakelijk leider of Zakelijk Directeur wel het Management genoemd en de afzonderlijke functionarissen: manager, naar voorbeeld wat elders in organisaties in de maatschappij gebruikelijk is. Het woord Management verbonden met de naam van een specifiek onderwerp, wordt door leidinggevende functionarissen ook gebruikt om de trajecten aan te duiden om bepaalde doelen of aspecten daarvan te realiseren, al of niet samen met andere leidinggevende binnen de organisatie maar vooral ook met diverse andere partijen buiten de organisatie. Zo spreekt men o.a. van: Strategisch management, Kunstmanagement, Mediamanagement, Eventmanagement, Projectmanagement, Financieel management, Personeelsmanagement. Of men laat het woord management weg en spreekt van: Marketing, Programmering, Bedrijfsvoering. In kleinere organisaties zijn de verschillende deeltaken meestal niet omvangrijk genoeg om aparte functionarissen aan te stellen. De leiding voert deze dan zelf uit, al of niet met behulp van de verdere beschikbare menskracht in de uitvoering of ook wel binnen het bestuur.

Van de leidinggevenden binnen een organisatie wordt verwacht dat zij over specifieke vaardigheden, deskundigheid en een organisatorisch instrumentarium beschikken om de trajecten die onder hun verantwoordelijkheid vallen te kunnen ‘managen’ of explicieter gezegd ‘alles te doen wat nodig is om het gestelde doel te bereiken’. Ten aanzien hiervan spreekt men o.a. van: Management vaardigheden, Managementinstrument

Omdat een Organisatie per definitie deel is van de maatschappij om haar heen en relaties onderhoudt met diverse ander organisaties, heeft elke organisatie direct te maken met het beleid van andere organisaties. In het bijzonder is dat in de Podiumkunsten ook het geval met het beleid van overheden ten aanzien van de Podiumkunsten en opvattingen en activiteiten van diverse politieke instanties. Binnen een podiumkunstorganisatie kunnen derhalve diverse beleidstermen uit andere organisaties, de overheden en de politiek een belangrijke rol spelen, zoals: Cultuurbeleid, Cultuurpolitiek, Kunstpolitiek, Politiek, Internationaal beleid, Cultureel verdrag, Cultuurbeheer, Cultuurdeelname, Theaterexport, Kunstbeleid, Mediabeleid, Advieslichaam, Belangenorganisatie, Internationale instelling, Kunstenaarsorganisatie, Kunstenorganisatie, Werkgelegenheid, Subsidie.

Alhoewel in principe elke organisatie uniek is en beduidend kan verschillen van elke andere organisatie, zijn er in de Podiumkunsten ook overeenkomsten in structuren waar te nemen. Zo zijn er overeenkomsten te zien in de organisaties van de grote toneel- en balletgezelschappen, de operagezelschappen, de kleinere gezelschappen en zelfs de organisaties van de losse ad hoc producties.

Ondercategorieën

Deze categorie bevat de volgende 5 subcategorieën, van de 5 in totaal.

Pagina’s in categorie "Organisatie"

Deze categorie bevat de volgende 3 pagina’s, van de 3 in totaal.