Colijn van Rijssele
Naam | Colijn van Rijssele |
---|---|
Geboortedatum | 1430 |
Geboorteplaats | Brussel |
Overlijdensdatum | 1503 |
Beroep | Schrijver |
Externe databases: | |
DBNL | |
VIAF |
Er is nog geen biografie beschikbaar voor Colijn van Rijssele. Klik hier om de tekst toe te voegen (je moet hiervoor ingelogd zijn; je kunt je hier hier registreren).
Let op: mogelijk staat er verder op de pagina (onder het carrièreoverzicht) al wel een biografietekst; deze tekst kan dan door middel van eenvoudig “knippen en plakken” in het veld "biografie" worden gezet!
Theater CV
Colijn van Rijssele heeft bijgedragen aan 2 productie(s).
Colijn van Rijssele heeft gewerkt in de volgende functies:
- Auteur (schrijver libretto, scenario) - Zie lijst (A-Z) of lijst (datum)
Het gehele overzicht van voorstellingen waaraan Colijn van Rijssele heeft meegewerkt, voor zover geregistreerd in de Theaterencyclopedie:
NB: Bij de carrièreoverzichten zijn de voorstellingen gekoppeld aan de premièredatum. Het kan echter voorkomen dat personen niet aan de première meewerkten, maar pas later bij de voorstelling betrokken raakten.
Productie | Functie | Producent | Seizoen | Premièredatum | In regie van |
---|---|---|---|---|---|
De spiegel der minnen | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Holland Festival | 1959/1960 | 17 juni 1960 | Fred Engelen |
De spiegel der minnen | Auteur (schrijver libretto, scenario) | Reizend Volkstheater | 1960/1961 | 4 november 1960 | Rik Jacobs |
Colijn van Rijssele (1430-1503) was een Zuid-Nederlandse dichter. Hij werd in 1498 lid van de Broederschap der zeven Weeën. Van Rijssele was de schrijver van De spiegel der minnen, dat in 1561 in Haarlem door Dirck Volkertsz. Coornhert werd uitgegeven naar een oud versleten exemplaar. Het werd vervolgens in 1577 en 1617 herdrukt. Het kan worden gezien als het oudste burgerlijk drama in de Europese letterkunde[1]. Het stuk bestaat uit zes batement spelen verdeeld over samen 6169 verzen en is gesitueerd in Middelburg en Dordrecht.
Het verhaal gaat over de Middelburgse koopmanszoon Dierick den Hollander die een relatie heeft met de eenvoudige linnennaaister Catharina Steermertens. De ouders van koopmanszoon hebben er moeite mee en sturen hun zoon naar Dordrecht[2]. Wanneer zij dan eindelijk overstag gaan is het al te laat, de zoon is ziek en sterft. Ook de linnennaaister sterft wanneer ze van de dood hoort. Het moraal van het verhaal is mint bi mate; overdaad is nooit goed, ook niet in de liefde.[3]
In 1913 is het stuk herschreven en opnieuw uitgegeven door Margaretha Wilhelmina Immink.
Bronnen
Bronnen, noten en/of referenties: