Theaterberoepen

Uit TheaterEncyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken

Een beroep is een samenhangend geheel van arbeidstaken waarmee men zich een positie in de maatschappij en een inkomen verwerft. Traditioneel gezien, wordt van een bepaalde beroepsbeoefenaar verwacht dat deze een specifieke opleiding voor dat beroep heeft gevolgd en in de praktijk daarvan ook proeven van bekwaamheid kan afleggen. Dit sluit aan op de vormen van beroepsopleiding zoals die vanuit de Middeleeuwen tot op heden bekend zijn als de leerling - gezel - meester - methode.

Een beroep moet niet verward worden met een functie die iemand op een gegeven moment kan uitoefenen. Zo kan de Acteur bijvoorbeeld de functie van Artistiek leider, Zakelijk leider of Regisseur op zich nemen, zonder daarvoor specifiek opleiding te hebben gevolgd. Het beroep van Dirigent iets anders dan wanneer men iemand de functie van Muzikale leiding laat uitvoeren. De bepaling of iemand een bepaald beroep heeft, dan wel een functie uitoefent is vooral af te leiden aan de arbeidstaken die iemand in een bepaalde situatie en tijd vervult.

Arbeidstaken kunnen in de praktijk echter nogal verschillen. Dit is zeker het geval ten aanzien van beroepen en functies die men in de wereld van het Theater tegenkomt. Om te kunnen benoemen of iemand in het theater en bepaalde beroepsbeoefenaar is, dan wel een specifieke functie uitoefent, moet men vooral kijken naar de taken die iemand werkelijk vervult in de context van de situatie en de omvang van de betreffende organisatie, alsmede of het om een staande organisatie gaat, die gericht is op continuïteit of om een tijdelijke organisatie die specifiek voor een bepaalde voorstelling/productie is samengesteld.

De veelheid van beroepen en functies die men in de theaterwereld tegenkomt, kan men grofweg in drie groepen onderverdelen:

A. De optredenden, uitvoerenden of ook wel vertolkers, die zichtbaar en/of hoorbaar zijn voor het aanwezige publiek en/of voor een later publiek, via een of ander medium als film, video, geluidsdrager etc., zoals acteurs, dansers, mimespeler, zanger etc.

B. De auteurs en alle anderen die een inhoudelijke bijdrage leveren aan het uiteindelijke creatieve werk. In afgeleide zin vallen hieronder ook alle beroepen van personen die daarbij een uitvoerende en realiserende taak hebben, zoals theatertechnici, de makers van decors, kostuums etc.

C. Alle beroepen die zorgen voor een publiek en de materiële randvoorwaarden voor de medewerkers in de groepen A en B zodat zij hun werkzaamheden optimaal kunnen vervullen. Zij zorgen daarbij in uitvoerende en materiële zin tevens voor de continuïteit van de mogelijkheden om voorstellingen te blijven produceren en presenteren.

Beroepen groep A

Van oudsher worden beroepen die in deze groep vallen onderverdeeld in duidelijk verschillende theaterdisciplines/-vaardigheden, zoals declameren, acteren, dansen, zingen, musiceren e.d. Door de verbijzondering en tevens de groei, de ontwikkeling én/of combinaties van te onderscheiden vaardigheden/disciplines, zijn er in de loop der tijden diverse bijgekomen. Historisch gezien zijn er ook verschillen in vaardigheden voor vrouwen en mannen, geweest en daarmee in de beroepsaanduiding. Deze verschillen zijn thans zo goed als geheel verdwenen. Wel worden nog vaak mannelijke en vrouwelijke vormen gebruikt, waar taalkundig de mannelijke vorm zou volstaan (bv. een danser kan slaan op zowel en man als een vrouw; de vrouwelijk vorm danseres wordt echter daarnaast ook gebruikt, wanneer het van belang is specifiek aan te duiden dat het een vrouw betreft.)

Veel optredenden/uitvoerenden, beheersen meerdere vaardigheden of zijn werkzaam in meerdere disciplines tegelijk of achtereenvolgens. Zo iemand kan dan gekenmerkt worden met meerdere beroepsaanduidingen, terwijl de persoon zich zelf wellicht profileert met maar één beroep. Ook komt men beroepen tegen die slechts gebaseerd zijn op één specifieke vaardigheid of situatie, zoals bijvoorbeeld koorzanger, stemacteur, exotische danseres etc. Een beroepsaanduiding dient dan ook altijd begrepen te worden in de context van hoe een uitvoerende in werkelijkheid in het theater is opgetreden of wat hij/zij vertolkt heeft. Zo moeten bijvoorbeeld toneelspelers of dansers die grote klassieke rollen hebben vertolkt, in hun beroepsaanduiding anders begrepen worden dan zij die bijvoorbeeld vooral in soaps c.q. shows of voor film en tv, optreden.

Beroepen die vallen in deze groep en reeds een pagina in deze Theaterencyclopedie hebben zijn o.a. Acteur, Actrice, Ballerina, Bewegingskunstenaar, Cabaretier, Chorusgirl, Circusartiest, Clown, Danser, Figurant, Freak, Goochelaar, Illusionist, Komiek, Mimespeler, Musicalster, Musicus, Operazanger, Poppenspeler, Zanger.

Beroepen groep B

Dit betreffen alle beroepen van de mensen die een theaterproductie/voorstelling’, bedenken, ontwerpen en vormgeven. Het gaat om de mensen die een creatieve bijdrage leveren en meestal een belangrijk bepalend aandeel in de realisering daarvan hebben, zoals bv een Regisseur, Decorontwerper, Tekstschrijver, Componist e.d.

Ook vallen hieronder de beroepen van al die personen die vooraf, tijdens en na een voorstelling nodig zijn om de door deze mensen bedachte en ontworpen elementen in de praktijk te realiseren en/of personen met de beroepen uit groep A te helpen en te faciliteren om ze zo optimaal mogelijk te kunnen laten presteren, zoals een Repetitor, Balletmeester, Theatertechnicus, Kleder / Kleedster etc.

De eerste categorie noemt men ook wel ‘de makers’ of het creatieve team. Zo’n team bestaat uit meerdere, soms zeer vele mensen die vanuit hun eigen vakdiscipline een autonome bijdrage leveren aan het collectief. Vaak echter zijn leden van het creatieve team ook degene die hun eigen bijdrage realiseren. Maar voor een goed begrip moet dan wel onderscheid gemaakt worden in beide soorten werkzaamheden. Zo verenigt bijvoorbeeld een decorontwerper die zijn eigen decors schildert, twee verschillende beroepsaanduidingen.

Beroepen die vallen in deze groep en reeds een pagina in deze Theaterencyclopedie hebben zijn o.a. Arrangeur, Artistiek leider, Balletmeester, Bewerker, Cameraman, Choreograaf, Choreologist, Dance captain, Docent, Dramadocent, Inspiciënt, Dramaturg, Filmmaker, Geluidstechnicus, Grimeur, Intendant, Kleder / Kleedster, Kostuumontwerper, Librettist, Lichtontwerper, Mimograaf, Poppenmaker, Regie-assistent, Rekwisiteur, Repetitor, Scenograaf, Scriptgirl, Souffleur, Stagemanager, Tekstschrijver, Theatermaker, Theatertechnicus, Theatertechnicus gespecialiseerd, Theatervormgever, Toneelschrijver, Vertaler.

Beroepen groep C

De samenhangende arbeidstaken van personen die een beroep uitoefenen uit deze groep zijn op veel punten dezelfde als van beroepen, taken en functies in andere sectoren van de maatschappij en worden daardoor meestal niet als typische theaterberoepen gezien. In de praktijk echter is de wereld van het theater vaak zo bepalend voor hun functioneren en bijdragen en essentieel voor het realiseren van een theatervoorstelling of het voorbestaan van een theatergezelschap, dat het onterecht zou zijn geen ruimte in te ruimen in deze theaterencyclopedie voor deze beroepsbeoefenaars. Temeer daar er diverse persoonlijkheden zijn die met hun werk een belangrijke rol hebben gespeeld in de ontwikkeling en het functioneren van de theaterwereld en daardoor een bijdrage hebben geleverd aan de theatergeschiedenis.

Beroepen die vallen in deze groep en reeds een pagina in deze Theaterencyclopedie hebben zijn o.a. Criticus, Directeur, Impresario, Intendant, Producent, Productieleider, Programmeur, Theaterdirecteur, Zakelijk leider. Voorts kunnen dat beroepen van spraakmakende functionarissen zijn op het gebied van publiciteit, marketing, financiën, beheer, gezondheid en welzijn en andersoortige facilitaire dienstverlening.


Voor een alfabetisch overzicht van de theaterberoepen zie Theaterberoepen