Ko van Dijk: Biografie - Een tweede vader

Uit TheaterEncyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken

Logo eenlevenlangtheater2.jpg

Ko van Dijk. Fotograaf onbekend. Collectie TIN.


Eenlevenlangtheater Ko van Dijk:

Een tweede vader

Ko van Dijk sr. overleed onverwacht in mei 1937 en zijn gezelschap het Nieuw Schouwtooneel, waar Ko Jr. al zes jaar als leerling/volontair meedraaide, ging kort daarna failliet. Ko van Dijk vond na wat losse schnabbels een engagement bij het Gezelschap Saalborn en Parser. In mei 1938 had Louis Saalborn hem een briefje gestuurd:

"Geachte Heer van Dijk, Wilt u morgen, Donderdag om 11 uur 30 even naar het Centraal Theater komen. Mogelijk heb ik iets voor U te doen. Hoogachtend, w.g. Louis Saalborn."

Louis Saalborn. Foto: Godfried de Groot. Collectie TIN.
Louis Saalborn. Foto: Jacob Merkelbach. Collectie TIN.

Het gesprek resulteerde in de rol van Holub, een 55-jarige boekhouder in het stuk Meneer Schlögl, geschreven door Alexander Farago en vertaald doorMaurits Parser, die tevens zakelijk leider van het gezelschap was. Na dit stuk volgden er meer. Ko van Dijk zou twee jaar bij Saalborn blijven.

"Het zouden twee jaren worden die een diepgaande invloed op mijn loopbaan hebben gehad. Dat was in de eerste plaats het gevolg van de grote indruk die de persoonlijkheid van Louis Saalborn op mij maakte. Ik aanbad hem als een vader. Hij leek in mijn ogen ook op mijn vader, groot, breed en machtig. Van hem heb ik in die twee jaar, voor een belangrijk gedeelte, mijn vak geleerd. Hij kon soms behoorlijk tegen mij tekeer gaan als ik iets deed dat niet naar zijn zin was, maar ik had zo'n ongelooflijk respect voor hem dat ik aandachtig naar hem luisterde en het allemaal zeer ter harte nam. Hij heeft mij in die twee jaar een aantal rollen alten spelen van een zekere importantie en zelfs een paar belangrijke grote rollen. Ik wist dat hij mij die rollen gaf omdat hij vertrouwen in mij had en daarom werd het voor mij een levenskwestie om te zorgen dat ik ze goed speelde." (geciteerd uit: Ko van Dijk van Guus Verstraete (Semper Agendo 1973).

"Ik aanbad Saalborn, omdat hij eenzelfde soort acteur was als mijn vader, alleen briljanter. Mijn vader was een echte acteur, met een groot hart. Saalborn was virtuoos en briljant. Daar heb ik twee jaar ontzettend veel geleerd, Saalborn gaf mij heel belangrijke rollen te spelen. Bij hem heb ik heel vaak voor lege zalen gewerkt, ontzaglijke lege zalen. Wij speelden in het Rika Hopper Theater in Amsterdam, op de Plantage Middenlaan en waren veel op reis; maar we hadden ontzàglijk véél plezier... Ik verdiende vijftig gulden in de maand en dan kreeg je wel eens een tientje opslag en toen de zakelijk leider mij dat niet wilde geven, gaf Saalborn me dat privé - hij had een groot zwak voor mij." (geciteerd uit Tony van Verre ontmoette Ko van Dijk (Bussum 1978).

Enkele van de stukken waarin Ko van Dijk bij Saalborn-Parser speelde waren De getemde feeks, Parkstraat 13, Rasmus de Wonderdokter, Als het je tijd is, Abie's Rose Mary, Een Midzomernachtdroom en Laten we het proberen.

In zijn autobiografie schrijft Louis Saalborn hoe hij over Ko van Dijk dacht: "(...) een schuchter bleek ventje, die moeilijkheden heeft met spreken en bewegen en bijna te angstig is om op het tooneel te komen.... maar achter die bleeke façade een brandend vuur, een bezetenheid voor het tooneel, een ontembare drift dat tooneel te veroveren, stralend uit zijn donkere oogen.... de eerste groote rol van het bleeke ventje in Het sprookje der rechtvaardigheid. Het was nog pril, ingetogen, bijna subtiel, wat hij presteerde, maar dat deze jongeling met sprongen een eerste plaats in onze tooneelwereld zou veroveren, stond voor mij vast." (geciteerd uit: Ko van Dijk van Guus Verstraete (Semper Agendo 1973).

De voorstellingen van het gezelschap werden echter slecht bezocht, en toen Ko van Dijk in maart 1940 een aanbieding kreeg van Cees Laseur om een rol te spelen in Vader thuis bij het Centraal Tooneel, greep hij die kans met beide handen aan. Saalborn was ook opgelucht, omdat hij nu niet langer Van Dijk's salaris hoefde te betalen, en het Centraal Tooneel was een mooie, nieuwe kans om zijn toneelspel verder te ontwikkelen. "Mijn engagement bij het Centraal Tooneel betekende voor mij een grote ommezwaai in mijn carrière. Ik maakte kennis met weer een ander soort toneel, een andere manier van werken, geacheveerd, streng to the point. Gelukkig slaagde ik er wonderwel in mij hier bij aan te passen en dat was misschien wel een van de redenen waarom Laseur mij ook voor een volgend zomerstuk engageerde." (geciteerd uit: Ko van Dijk van Guus Verstraete (Semper Agendo 1973).


Bronnen: Ko van Dijk van Guus Verstraete (Semper Agendo 1973), Tony van Verre ontmoette Ko van Dijk (Bussum 1978) en website biografisch woordenboek van het Instituut voor Nederlandse Geschiedenis www.inghist.nl.