Uit TheaterEncyclopedie
Ga naar: navigatie, zoeken


UploadenAfbeeldingDef.png
NaamEdgar Cairo
Volledige naamCairo, Edgar Eduard
Geboortedatum7 mei 1948
Geboorteplaats Paramaribo
Overlijdensdatum16 november 2000
Overlijdensplaats Amsterdam
BeroepDichter, Schrijver, Performer
Externe databases:
DBNL
IMDb
VIAF

Edgar Cairo (1948 – 2000) was een Surinaamse auteur.

Cairo werd geboren te Paramaribo. Zijn ouders waren afkomstig van een voormalige plantage in het district Para. Hij volgde de lagere school bij de fraters, en haalde het diploma aan de Algemene Middelbare School (AMS). Vervolgens vertrok hij in 1968 naar Amsterdam waar hij Nederlands en Algemene Literatuurwetenschap studeerde.

In zijn laatste boeken openbaarde zich een ernstige psychose. Ook liet hij in 1988 een advertentie in een krant plaatsen met de tekst Jezus terug op aarde. Edgar Cairo, Gods zoon, spreekt alle talen met Jawehs stem en doet grote wonderen.

Op 16 november 2000 werd de auteur Edgar Cairo dood in zijn woning in Amsterdam aangetroffen, vermoedelijk overleden aan een maagbloeding; op welke dag precies kon niet worden vastgesteld.


Edgar Cairo heeft bijgedragen aan 7 productie(s).

Edgar Cairo heeft gewerkt in de volgende functies:


Het gehele overzicht van voorstellingen waaraan Edgar Cairo heeft meegewerkt, voor zover geregistreerd in de Theaterencyclopedie:

NB: Bij de carrièreoverzichten zijn de voorstellingen gekoppeld aan de premièredatum. Het kan echter voorkomen dat personen niet aan de première meewerkten, maar pas later bij de voorstelling betrokken raakten.

Curriculum Vitae Theatrum
Productie Functie Producent Seizoen Premièredatum In regie van
Djop Auteur (schrijver libretto, scenario) Djompo Abra 1979/1980 26 november 1979 Franklin Lafour
Dagrati dagrati - verovering van de dageraad Auteur (schrijver libretto, scenario) Djompo Abra 1980/1981 23 november 1980 Edsel Samson
Powema di rutu - gezangen van oorsprong en toekomst Auteur (schrijver libretto, scenario) Stichting Werkgroep Poëzie Hardop 1981/1982 19 februari 1982 Tone Brulin
Het koninkrijk IJmond Auteur (schrijver libretto, scenario) Regio Theater 1984/1985 28 juni 1985 Johan Simons
De doodsboodschapsvogel Auteur (schrijver libretto, scenario) Stichting Kumbalutu 1986/1987 28 januari 1987 Rufus Collins
Yorkafowru, de doodsboodschapsvogel Auteur (schrijver libretto, scenario) Theatercollectief Suriname 24 juni 1998
Yorkafowru, de doodsboodschapsvogel Auteur (schrijver libretto, scenario) Theatercollectief Suriname 1997/1998 24 juni 1998
Powema di rutu - gezangen van oorsprong en toekomst Uitvoerende Stichting Werkgroep Poëzie Hardop 1981/1982 19 februari 1982 Tone Brulin
Powema di rutu - gezangen van oorsprong en toekomst Muziek Stichting Werkgroep Poëzie Hardop 1981/1982 19 februari 1982 Tone Brulin

Werken

Cairo debuteerde in 1969 met Temekoe, een sterk autobiografische novelle in het Sranan over een vader-zoonrelatie, later herschreven in het Surinaams-Nederlands als Temekoe/Kopzorg (1979) en nogmaals in het Algemeen Nederlands als Kopzorg (1988). Hij hanteert in veel van zijn werken een Surinaams-Nederlands dat hij met zijn eigen vondsten heeft verrijkt tot het "Cairojaans". Vooral uit Surinaamse hoek werd dit nogal bekritiseerd. In Suriname is zijn meest gelezen boek Kollektieve schuld (1976) over winti-perikelen in een familie.

Cairo was sterk beïnvloed door de orale tradities van stads- en Para-negers en was zelf een bekend voordrachtskunstenaar. Hij publiceerde in totaal een tiental dichtbundels, zeven toneelstukken, een tiental forse romans, twee bundels columns en voorts verspreide verhalen en essays. Zijn hele werk draait om het negerschap in al zijn facetten. Vooral het leven op de Surinaamse achtererven heeft hem vaak geïnspireerd. Sommige van zijn boeken spelen in Suriname, zoals Adoebe lobi/Alles tegen alles (1977), over de strijd van een ambitieuze student die tussen verschillende maatschappelijke milieus terechtkomt, en Mi boto doro/Droomboot havenloos (1980), over de "hosselproblemen" en idealen van een paar jongens met een bus. Andere werken spelen in het Caraïbisch gebied, zoals het stuk Dagrati! Dagrati!/Verovering van De Dageraat (1980) over een slavenopstand in Guyana in [1763]. Weer andere in Nederland als zijn roman over de Decembermoorden, De smaak van Sranan Libre, en het koningsdrama Het koninkrijk IJmond/ Ba Kuku Ba Buba (1985). Zijn poëzie in het Sranan en Surinaams-Nederlands werd verzameld, opnieuw gerangschikt en vertaald in Lelu! Lelu! Het lied der vervreemding (1983) met een zeer uitgebreide, maar nogal slordige inleiding. Zijn eerste columns voor de Volkskrant werden gebundeld in Ik ga dood om jullie hoofd (1980).

In zijn schrijversloopbaan is Cairo’s aandachtsveld langzaam verschoven: van de neger als slaaf en vrije in Suriname naar die in het Caraïbisch gebied, later naar de zwarte als immigrant in een witte samenleving, uitgestotene en kosmopoliet, weer later naar de geschiedenis van het bestaansverdriet van de Afrikaanse neger in Nyumane/ln mensennaam (1986). Het grootste deel van zijn boeken is verschenen bij uitgeverij In de Knipscheer.

Strevend naar een synthese van klassiek-Europese en klassiek-Afrikaanse elementen, maakte hij in zijn theaterwerk onder andere gebruik van oude, vrijwel vergeten zang- en dansspelen gebaseerd op de Winti, de Creoolse levensleer. Cairo trad ook op als voordrachtskunstenaar. Edgar Cairo werd 52 jaar.

Aandacht

Tijdens de hoogtijdagen van zijn publicatietijd was Cairo een meester in het genereren van publieke belangstelling. Zijn klacht dat hij nooit een positieve recensie kreeg was ongegrond: hij kreeg veel aandacht van de literaire kritiek, en minsens zoveel positieve als afwijzende recensies. Na zijn overlijden verdween de aandacht voor zijn werk. Die leefde weer enigszins op toen 25 jaar na de decembermoorden zijn roman De smaak van Sranan libre verscheen, die eerder in hoorspelvorm aan het einde van 1982 was uitgezonden door Radio Nederland Wereldomroep.
De Werkgroep Caraïbische Letteren plaatste op 5 september 2009 de persoon en het werk van Cairo opnieuw in de schijnwerpers met een groot programma, met onder meer een theatrale bewerking van Cairo's teksten door Michiel van Kempen waarin Edgar Cairo gespeeld werd door Felix Burleson, en een debat onder leiding van Noraly Beyer waaraan Abdelkader Benali, Maarten van Hinte, Ellen Ombre, Rappa en Michael Tedja deelnamen.[1]

Over Edgar Cairo

  • Michiel van Kempen, 'Edgar Cairo'. In: Kritisch Lexicon van de Moderne Nederlandstalige Literatuur, no. 36, februari 1990. (biografie, beschouwing, uitgebreide primaire en secundaire bibliografie)
  • Michiel van Kempen, Een geschiedenis van de Surinaamse literatuur. Breda: De Geus, 2003, deel II, pp. 1018-1022,1085-1098.
  • Michiel van Kempen, '23 december 1978: Edgar Cairo’s eerste column voor de Volkskrant; 23 januari 1996: Kader Abdolahs eerste columns voor de Volkskrant; De Nederlandse taal als onderdrukker en bevrijder.' In: Kunsten in beweging 1980-2000; Cultuur en migratie in Nederland. Redactie Rosemarie Buikema en Maaike Meijer. Den Haag: Sdu Uitgevers, 2004, pp. 19-35.

Zie ook

Externe links

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties:

Dit artikel is – met toestemming van de auteur – gebaseerd op een lemma uit Michiel van Kempen, Surinaamse schrijvers en dichters (Amsterdam: De Arbeiderspers, 1989).

Voetnoten

Bronnen